Geplaatst op

Even stil staan

Zoals zoveel mensen sta ik in de decembermaand vaak een moment stil bij het leven. Bij de gebeurtenissen die onze wereld de afgelopen maanden mooier en een stuk lelijker hebben gemaakt. Bij de mensen die ik heb mogen ontmoeten, en helaas heb moeten verliezen. Ik sta dan stil bij vriendschappen die ontstaan zijn en denk aan de prachtige mensen die ik soms in een uitzichtloze situatie in hun thuisland heb moeten achterlaten.

In mijn werk zou je soms een knopje willen hebben dat je kunnen omzetten, zodat je je niet meer verbonden voelt met de dingen die je ziet, de armoede, de doden, het verdriet. Ik kan je vertellen dat zo’n knopje niet bestaat. Het is onzin te denken dat ik er niet mee in slaap val, ’s ochtends wakker word en er tussendoor over droom. En de dag dat het mij niet meer zal raken is de dag dat ik op zoek ga naar een ander beroep.

Ik sta vandaag stil bij de mensen die ik ontmoet heb in een vluchtelingenkamp in Bulgarije, waar de situatie zo mensonwaardig is dat geen mens er zou willen wonen. Ik sta vandaag stil bij de oud-bewoners van de Jungle in Calais waarvan velen deze wintermaand zonder onderdak nog steeds rondom het oude kamp zwerven. Ik sta vandaag stil bij de kinderen in Donetsk waarvan de ouders er niet meer zijn door de voortdurende oorlog in het gebied. Ik sta vandaag stil bij de straatkinderen van Caracas die hun kerstmaaltijd mogen zoeken in de vuilniszakken met restafval.

Maar ik sta ook stil bij de tienduizenden Nederlanders die in eigen land kerst zullen doorbrengen op straat, of in een noodopvang. De Nederlands die hun kerstmaaltijd moeten krijgen via de voedselbank en de Nederlanders die door eenzaamheid geïsoleerd in huis zitten.

Als ik naar de rottende wereld om me heen kijk ben ik vaak trots een Nederlander te zijn. Vaak, alleen wel met schaamte. We zijn goed geworden in ons te distantiëren van de problemen om ons heen. We zijn goed geworden in onze ogen te sluiten en de rug naar de problemen te keren. We zijn goed geworden ons druk te maken over futiliteiten, dat we soms blind lijken te zijn voor de werkelijkheid. Alsof het een knop is waardoor we beter slapen, mooier dromen en fijner opstaan.

Desalniettemin wens ik eenieder, hier en ver van huis, fijne Kerstdagen.

Geplaatst op

Een gewone dag in een failliet Venezuela

Onze fixer Cheo rent heen en weer naar de poort van de gevangenis terwijl Joris en ik even verderop in de straat in spanning op de motorkap van onze auto zitten te wachten. In de straat buiten de gevangenis ontstaat een dagelijkse markt, het is een komen en gaan van bezoekers en verkopers aan de poort van de meest beruchte gevangenis van Venezuela.

Gisteren, toen we de gevangenis bezochten, ging niet alles zoals gepland. Het was niet de eerste keer dat we de Tocoron gevangenis bezochten. Terwijl we ervan overtuigd waren dat iedereen goed was omgekocht voordat we de gevangenis binnengingen, werd al onze uitrusting in beslag genomen door de nationale bewakers die de buitenkant van de gevangenis bewaken. Toen we de gevangenis verlieten, kregen we onze uitrusting niet terug. Later die avond, na enkele gesprekken tussen onze fixer en een aantal gevangenen, werd ons verteld dat de baas van de gevangenen onze spullen had meegenomen van de Guardia National en dat we ze bij de poort van de gevangenis terug konden krijgen.

Tocoron, een gevangenis voor 750 gevangenen werd gebouwd in 1982. Tegenwoordig zitten er 7500 gevangenen. Bewakers en overheidspersoneel zijn niet welkom in deze door gevangenen gerunde gevangenis. De baas van dit alles is gevangene Hector Guerrero Flores alias Niño Guerrero (Het Krijgerskind). De meedogenloze leider heeft twee gezichten. Terwijl hij zijn gevangenis en zijn crimineel imperium met ijzeren vuist runt, staat hij verder bekend als weldoener. Hij haalt gezinnen uit de armoede en geeft rolstoelen en medicijnen aan hen die het nodig hebben. Niño Guerrero runt niet alleen de gevangenis van Tocoron, ook zijn voormalige woonwijk met 28.000 inwoners is volledig onder controle van Niño en zijn mannen. Vele anderen vertellen ons dat zijn macht zelfs veel verder gaat in Venezuela.

De laatste jaren heeft Niño zijn gevangenis omgebouwd tot een kleine stad waar niets ontbreekt. Toen we door de gevangenis liepen zagen we een zwembad, een dierentuin en een disco. In de hoofdstraat zijn restaurants, winkels en voorzieningen zoals een bank, een televisieaanbieder en gokhuizen. Niño en zijn gewapende vrienden rijden ongestoord op motoren rond door de overvolle gevangenis.

Na anderhalf uur wachten voor de gevangenis is er redding. Een van de handlangers van Niño loopt de voorpoort van de gevangenis uit met onze schoudertas. Als we die openen, zien we dat al onze uitrusting er nog in zit en vragen ons af hoeveel dit grapje ons heeft gekost? Niets, met de groeten van Niño .

Opgelucht vervolgen we onze weg naar de hoofdstad van Venezuela, Caracas . Daar is vandaag een massademonstratie gepland. Al jaren heerst er onrust in het corrupte en door een economische crisis geteisterde land. Bij eerdere demonstraties die we de afgelopen weken bezochten, waren er botsingen tussen demonstranten en autoriteiten. Tot nu toe zijn er 43 demonstranten gedood bij deze gevechten.

Toen we in Caracas aankwamen, verruilden we onze auto voor motoren. Vanwege de protesten was er bijna geen andere manier om door de dichtgeslibde straten van de hoofdstad te komen. Eenmaal aangekomen bij een van de snelwegen die als route dienen voor de demonstratie van vandaag, zien we dat de eerste demonstranten zich al voorbereiden op wat komen gaat. Boomstammen worden over de weg gesleept, hekken en alles wat ze kunnen vinden worden gebruikt voor de eerste barricades. In de verte zien we de eerste rookwolken van traangas onze kant op komen. In de uren daarna barst er een strijd los tussen de autoriteiten en de demonstranten en worden de demonstranten geleidelijk aan gedwongen naar het centrum van de stad te trekken.

Terwijl er geen geld is om voedsel in te voeren in Venezuela, is er geen tekort aan traangasbussen, die soms met tientallen tegelijk op de demonstranten worden geschoten. Als de avond begint te vallen, wordt de stemming grimmiger. Terwijl Joris en ik ons naar onze auto begeven, zijn we getuige van de eerste autobranden, winkels en kantoren worden geplunderd. Terwijl de demonstranten hun strijd voortzetten, wordt op sociale media een nieuwe demonstratie aangekondigd voor de volgende dag. Joris en ik gaan verder richting onze volgende stop, de stad Maracay.

Axel (23) houdt een koelkast open om de inhoud te laten zien. Hij woont met zijn broer Billy (27) en moeder Glenda (55) en vader Rosvelt (60) in een middenklassewijk van Maracay. Aan de keukentafel vertelt het gezin over de gevolgen van de crisis.

Glenda werkte twintig jaar als bio-analiste in het ziekenhuis. Sinds gisteren is haar minimumloon meer dan verdubbeld tot 105.000 bolivares. Dat is gelijk aan 18 dollar. Tot gisteren verdiende ze met haar fulltime baan nog geen 9 dollar per maand. De vader van de familie is zijn hele leven koopman geweest, een baan die vandaag, met de volledige ineenstorting van de import, bijna onmogelijk is: “Tegenwoordig is de enige koopman in het land de regering, maar ik handel in kleding. Er is nu geen handel voor mij.”

Het gezin woont al 22 jaar samen in een veilige middenklasse buurt in Maracay. De vader legt ons uit dat de buurt de laatste jaren is veranderd. “Vroeger woonden hier mensen met geld. Toen de crisis erger werd zijn veel van onze buren vertrokken. De regering onteigende veel van de huizen in deze buurt en gaf ze aan “overheidsgerelateerde mensen”, mensen met bijna geen inkomen, soms geen werk, geen opleiding. Ze onderhouden hun spullen niet, geven niet om de buurt en hebben geen respect.” “Vroeger konden we met onze vrienden en familie praten over de politiek in Venezuela, dat onderwerp ligt nu te gevoelig.”

“We hebben geen geld meer voor de auto of het huis. Al het geld dat we hebben, geven we uit aan eten en medicijnen, het is te duur.” Uit zijn kast haalt Rosvelt een strip medicijnen. “Neem dit bijvoorbeeld. Deze strip met 14 pillen, genoeg voor een week, kost in Venezuela 25.000 bolivares.” In zijn andere hand heeft hij een doosje. “Dit doosje, met 300 van dezelfde pillen.., en genoeg voor vijf maanden, kost me 55.000 bolivar in Colombia.”

“Ik lijd dagelijks als ik in het ziekenhuis werk. Het is verschrikkelijk om mensen niet de hulp te kunnen geven die ze nodig hebben vanwege de tekorten aan medicijnen en medische apparatuur. De regering kijkt toe maar doet niets om de situatie te veranderen,” vervolgt een emotionele Glenda. “Elke dag sterven er mensen onnodig, blijven er mensen onnodig ziek. De overheid maakt zich meer zorgen om hun imago. Alle ziekenhuismedewerkers zijn verplicht deel te nemen aan pro-regeringsdemonstraties en de regering geeft veel geld uit aan propagandamateriaal.

“Door een tekort aan voedsel en de stijgende inflatie zijn mensen gedwongen om elke dag weer uren in de rij voor de supermarkt te staan in de hoop dat ze basisproducten als brood, rijst en melk kunnen krijgen. De voedselprijzen stijgen dagelijks en voor een eenvoudige lunch aan de kant van de weg betaal je al gauw 7000 bolivares. Met wat geluk vind je een pak pasta voor 4500 bolivares, wat meer is dan een dagloon.

Vóór de loonsverhoging van 60% van gisteren, verdiende Glenda, de enige kostwinner van het huis, 48.000 bolivar per maand. Hoe kun je daarmee leven? “Beetje bij beetje gaat elk geld dat binnenkomt naar voedsel of medicijnen.” Helpt de loonsverhoging van gisteren het gezin? “Nee, in feite maakt het de situatie nog moeilijker. Elke keer als de lonen omhoog gaan, gaan de prijzen twee keer zo hard omhoog”, antwoordt Rosvelt.

“Bijna alle docenten hebben mijn universiteit verlaten, ik denk dat 80% weg is”, vertelt Axel. “De oudste studenten hebben het op zich genomen en geven nu les.” Axel maakt zich zorgen. “Je kunt wel studeren, maar voor wie ga ik in Venezuela werken? Er is niemand om me een baan te geven. Als je realistisch bent, dan moet ik zeggen dat het onrealistisch is om te denken dat een studie hier in Venezuela iets waard is.”

“Veel jonge Venezolanen hebben het land verlaten. “Mijn familie heeft me ook aangeboden om Venezuela te verlaten, maar ik wilde mijn studie afmaken, ik wil mezelf graag professional noemen. Maar ik heb ook ambities. Mijn droom zou zijn om naar Canada te verhuizen, maar dat is niet realistisch, ik zou op dit moment overal heen gaan waar het mogelijk is”.

“Ja, door Venezuela te verlaten komt het land zonder professionals te zitten, maar we moeten aan onszelf denken, aan ons gezin. De regering geeft ons geen andere keuze dan te vertrekken. Persoonlijk protesteer ik niet, er zijn al verschillende studenten omgekomen bij demonstraties en de dood behoort niet tot mijn toekomstplannen.”

Later op de avond, onder het genot van een biertje van de kosten van bijna een dagloon, praten Joris en ik over de dag. Het blijft onbegrijpelijk wat er gebeurd is met een van de meest olierijke landen ter wereld. We vragen ons af wat morgen zal brengen, want elke dag in Venezuela lijkt te bestaan uit ondenkbare en onvoorspelbare ontwikkelingen.

[Dit artikel werd eerder gepubliceerd op VICE.com onder de titel: Así se ve la Venezuela que no aguanta más la crisis]

Door: Michel Baljet Foto’s: Joris van Gennip

Geplaatst op

Opinie: Venezuela, een dictatuur op weg naar een burgeroorlog.

Wie nog twijfels had over de democratie in Venezuela hoeft niet langer te piekeren. Het laatste kleine beetje democratie is gisteren overboord van het zinkende schip gegooid. Terwijl de wereld toekijkt en het regime van Maduro om de oren slaat met sancties en verzoeken tot een dialoog, vlucht de Venezolaan massaal het land uit. Zij die achterblijven maken zich klaar voor een steeds gewelddadiger wordende strijd.

Het regime van Maduro had voor afgelopen zondag een verkiezing uitgeschreven waarvan de uitslag al van te voren bekend was. Gisteren mocht de Venezolaan naar de stembus om de 545 leden voor een ‘Grondwetgevende Vergadering’ te kiezen. De 5500 kandidaat-leden waren allen gelieerd aan de partij van Maduro. Het doel van het nieuwe parlement is de grondwet herschrijven, waarbij Maduro nog meer macht naar zich toe zal trekken. De oppositie die sinds 2015 twee derde van de parlementszetels bezit, hekelde de verkiezingen vanaf dag één en heeft deze dan ook geboycot. Bij een zelf-georganiseerde volksraadpleging eerder deze maand riep zij op tot nieuwe presidentsverkiezingen.

Niet alleen de oppositie in Venezuela ging met de hakken in het zand. Landen als Amerika en Colombia zagen niets in deze ‘schijn’verkiezing. Colombia gaf aan de uitslag niet te erkennen en Amerika kondigde aan met nieuwe sancties te komen. Ook de Europese Unie heeft een mening en roept Venezuela op door middel van ‘dialoog, politieke wil en moed’ tot een oplossing te komen.

Intussen neemt het geweld op straat toe. Al maanden gaan leden van de oppositie de straat op om aandacht te vragen voor de humanitaire crisis in het geteisterde land en om te protesteren tegen het beleid van Maduro. De sfeer wordt met de dag grimmiger. Waar ik, toen ik er vorige maand was, nog schrok dat de Guardia Nationaal gascanisters direct op demonstranten en de pers schoot, stroomt mijn Whatsapp vandaag de dag vol met beelden van grote explosies en tot de tanden toe bewapende militairen.

Maar wie eerlijk is, ziet dat er eigenlijk allang een dictatuur is in Venezuela. Maduro regeert al jaren met een decreet. Het parlement waar de oppositie sinds 2015 de meerderheid heeft staat al sinds dag één buiten spel. Oppositieleden worden gewoonlijk opgesloten en verkiezingen die al gehouden hadden moeten worden hebben niet plaatsgevonden. Overheidsmedewerkers worden al jaren onder druk gezet om het beleid van de overheid te steunen. Zo niet, dan verlies je baan, huis of beide, die dreiging was bij de verkiezing van afgelopen zondag niet anders.

Tot voor kort leek de wereld met gesloten ogen de andere kant op te kijken en was er in verhouding bijna geen aandacht voor de ontwikkelingen in het land. Nu kijkt de wereld wel mee. Naïef en vanaf de zijlijn, dit terwijl er zich voor onze ogen een grote humanitaire crisis ontvouwt.

De diplomatieke wegen van de oppositie die vol gaten zaten bleken allemaal doodlopend te zijn. Ook van de internationale gemeenschap hoeft de Venezolaan, zoals het er nu uitziet, buiten wat sancties en ‘goedbedoeld advies’, niet veel te verwachten.

De hongerige Venezolaan kan niet anders dan op zijn benen proberen te blijven staan en te vechten voor verandering. Met het claimen van een overwinning bij de verkiezing van afgelopen weekend is duidelijk dat Maduro niet van plan is de handdoek snel in de ring te gooien. Heel veel vrienden had Maduro echter niet meer, en dat zullen er nog minder worden zodra hij totaal de controle zal verliezen over de mensen die hem in het zadel houden, zijn tot de tand bewapende vrienden van de Nationale Bolivariaanse strijdkrachten.

Geplaatst op

Nieuwe Revu | De wereld van Niño Guerrero

Terwijl Venezuela op z’n gat ligt, gaat in de gevangenis het leven gewoon door. Journalist Michel Baljet en fotograaf Joris van Gennip worden bij de ingang opgewacht door twee bewapende gevangenen, bedoeld om bewakers buiten te houden. Welkom in Tocoron, een van de beruchtste gevangenissen van Venezuela.

Naast me loopt een jonge soldaat met een te grote mitrailleur om zijn schouder. Joris, de fotograaf die met mij naar Venezuela mee is gereisd, loopt rechts achter me, onze fixer links. We zijn al een paar honderd meter aan het lopen over een onverhard zandweggetje, dat voor ons gevoel nergens heen leidt, wanneer ik Joris wederom vraag extra waakzaam te zijn. Vanaf de andere kant komt een motor aangereden met nog twee soldaten.

Verboden gebied

Ruim een uur eerder zijn Joris en ik aangekomen bij Tocoron, om een verslag te maken over het leven in een van de meest beruchte gevangenissen van Venezuela. Wat een routineklus moest zijn, loopt niet zoals gepland. Terwijl we dachten alle militairen die de buitenpoort van de gevangenis bewaken omgekocht te hebben, zijn onze spullen – wat camera’s en andere apparatuur – alsnog afgenomen door een majoor. Na onderling overleg stuurde hij ons met de jonge soldaat het verlaten weggetje dat langs de gevangenis liep op.

De motor met de twee soldaten komt tot stilstand en de soldaat die ons begeleidt, praat met zijn collega’s. Na een paar schichtige blikken onze kant op wordt besloten dat we om moeten keren, om terug te lopen naar de poort van de gevangenis. Nooit zal duidelijk worden waarom we überhaupt deze kant op waren gestuurd.

Daarna ging het snel. Bij de poort kregen we onze spullen niet terug, maar mochten wel doorlopen. In mijn broekzak zat nog een telefoon die we konden gebruiken om foto’s te maken. We besloten toch zonder apparatuur naar binnen te gaan. Bij het binnenlopen van de gevangenis haalden we opgelucht adem, beiden met het gevoel dat dit weleens heel anders had kunnen aflopen. Vanaf hier komen we geen bewakers meer tegen, geen militairen en geen overheidsmedewerkers. Sterker nog: vanaf hier is het verboden gebied voor hen.

We lopen de wereld van Niño Guerrero binnen, een gevangene die deze gevangenis samen met zijn handlangers al jarenlang runt. De autoriteiten hebben jaren geleden de controle van de gevangenis al opgegeven en richten zich nu alleen nog op bewaking van de omheining van de gevangenis. In 2012 is Guerrero met een aantal handlangers ontsnapt, een jaar later was hij weer terug en sindsdien heeft hij geen dag stilgezeten om zijn imperium verder uit te bouwen. Héctor Guerrero Flores, aka Niño Guerrero (The Warrior Child), is een meedogenloze leider met twee gezichten. Waar hij enerzijds met een ijzersterke vuist de gevangenis en zijn criminele imperium draaiende houdt, staat hij anderzijds bekend als weldoener. Als een hedendaagse Robin Hood haalt hij families uit de armoede en deelt hij rolstoelen en medicijnen uit aan zij die het nodig hebben. The Warrior Child runt niet alleen de Tocoron-gevangenis; ook zijn voormalige wijk met 28.000 inwoners staat volledig onder het gezag van hem en zijn mannen. Als we onze fixer moeten geloven, gaat zijn macht veel verder.

Machtsgreep

Tocoron, gebouwd in 1982 voor 750 gevangen, huisvest er vandaag de dag ruim 7500. Al jaren heeft de overheid hier niets meer te zeggen. Sterker nog: bij de ingang die leidt naar het centrum van de inrichting staan twee bewapende gevangenen om bewakers buiten te houden. 3 jaar terug was deze beveiliging nog extremer, toen stonden er nog gevangen met mitrailleurs en kon je op iedere hoek van de straat een bewapende gevangene vinden. Onlangs heeft Niño besloten deze wapens op bezoekdagen te vervangen door messen. ‘Voor de beeldvorming,’ zo leer ik later.

De meeste van de kogelgaten zijn van een conflict dat een paar jaar geleden plaatsvond. In een vuurgevecht dat uren duurde, won Niño zijn macht terug

Het is niet de eerste keer dat Joris en ik hier zijn. Vorige week waren we er ook. Beiden gefascineerd door de ontwikkelingen binnen deze gevangenis, besloten we vandaag terug te gaan. De eerste keer dat ik in deze wonderlijke wereld kwam, was in 2014. Ik heb me er zelfs een paar dagen vrijwillig laten opsluiten om te begrijpen wat hier gaande is.

Als je door de poort van de gevangenis loopt, kom je op een hoofdweg die naar het centrum van de gevangenis loopt. Links ervan staan de twee panden die ooit de oorspronkelijke gevangenis vormden. Gevangenen zijn bezig met restauratiewerkzaamheden aan de flat, ze zijn ongeveer halverwege. Onder de nieuw aangebrachte buitenlaag zijn de kogelgaten nog goed zichtbaar. De meeste van deze kogelgaten zijn van een conflict dat een paar jaar geleden plaatsvond. Een gevangene was van mening dat niet één persoon de baas hoefde te zijn binnen de muren van Tocoron. Niño was het daar niet mee eens. In een vuurgevecht dat uren duurde, won Niño zijn macht terug. Tientallen mensen overleefden de machtsgreep niet. Het officiële dodental staat op zestien. Filmpjes gemaakt door gevangenen laten ons echter een veel hoger aantal doden zien.

Onderdanen

Direct na de ingang vinden we aan de hoofdstraat een plein met een basketbalveld. Een podium staat klaar en de boxen voor een optreden later op de dag worden klaargezet. Naast het pleintje ligt het net gerenoveerde zwembad met een speeltuintje voor de jongste bezoekers.

Als we even doorlopen op de hoofdstraat komen we in het centrum van de gevangenis. Waar er in Venezuela op dit moment een grote voedselcrisis is, lijkt deze hier niet te bestaan. Verschillende winkeltjes en restaurants bieden allerlei eten en benodigdheden aan. Hier hoeven de klanten, in tegenstelling tot de buitenwereld, niet eerst uren in de rij te staan voordat ze een aankoop kunnen doen.

Ook een zwembad ontbreekt niet in de Tocorongevangenis, waar het in economisch opzicht beter gaat dan buiten de poorten.

Terwijl de ontwikkelingen in Venezuela de afgelopen jaren door een tekort aan bouwmaterialen tot stilstand zijn gekomen, zijn de ontwikkelingen in Tocoron in sneltreinvaart doorgegaan. Zo zijn verschillende gebouwen die bij mijn bezoek 3 jaar geleden nog van triplex waren, nu van beton.

De kleine, autonome stad biedt tal van voorzieningen voor wie dat betalen kan. Zo kun je voor 100.000 bolivar per week (een maandloon) een televisieaansluiting krijgen. Bewoners van Tocoron betalen een toelage om in de gevangenis te mogen verblijven; kun je dat niet betalen, dan word je een onderdaan, herkenbaar aan een stropdas. Je moet dan werken voor Niño om je plek binnen de gevangenis te betalen. De onderdanen mogen alleen met toestemming rondlopen en verblijven in een afgesloten deel van de gevangenis. Onderdanen helpen bezoekers met het tillen van bagage, doen onderhoudswerkzaamheden en slepen grote emmers met water door de gevangenis. Dagelijks krijgen ze een door de overheid betaalde maaltijd. We zien ’s middags een lange rij magere mannen wachten wanneer het eten uit grote potten wordt uitgedeeld.

Banco de Tokio

Tocoron is opgebouwd in sectoren. Hoe dichter je bij het centrum zit, des te beter de voorzieningen. Zo heb je hutten met of zonder airco, en met of zonder tv. Als je het heel goed doet, kun je een winkeltje hebben aan de hoofdstraat, met een aangrenzende slaapkamer.

Er is een bank: de Banco de Tokio. Gevangenen die geld willen overmaken, kunnen dat laten doen naar een van de vele rekeningen van Niño’s handlangers. Na aftrek van 10 procent commissie kun je jouw geld ophalen. Geld lenen kan ook, tegen rentes tussen de 10 en 20 procent. Maar o wee als je te laat terugbetaalt.

Joris en ik hadden besloten dat het niet slim was met grote stapels geld de gevangenis binnen te lopen. Door de gigantische inflatie in Venezuela is 100 dollar vandaag de dag 430.000 bolivar waard (nu zelfs 600.000). Sinds kort zijn er nieuwe bankbiljetten tot en met een waarde van 20.000 bolivar, deze zijn echter nergens te krijgen. Het grootste biljet dat verkrijgbaar is, heeft een waarde van 100 bolivar. In plaats van ruim 4000 biljetten in een rugzak te stoppen, besloten we dollars mee te nemen. Zoals ons al verteld was, hadden we die in een mum van tijd tegen een goede koers omgewisseld binnen de muren van Tocoron.

Samen met onze fixers doen we een rondje door de gevangenis. Een van de fixers heeft hier vastgezeten en kent veel mensen binnen de muren. Met elke bocht die we maken, zie ik de verbazing van fotograaf Joris toenemen. Naast het zwembad, de speeltoestellen en de winkelstraat heeft Tocoron tal van andere voorzieningen. Zo zijn er barretjes en heeft Tocoron de bekendste disco van de regio: Disco Tokio. Beroemde artiesten uit binnen- en buitenland treden er op, en er is zelfs zendtijd ingekocht op de radio om een volgend feest aan te kondigen. Op dit moment wordt de disco gerenoveerd, naar wat ik begrijp wordt de net nieuwe marmeren vloer vervangen door een verlichte vloer.

Corrupte wapendeal

Even verder lopen we de dierentuin binnen. Terwijl de bewoners van de dierentuin van hoofdstad Caracas verhongeren, zien we hier het tegenovergestelde. Een ruim assortiment aan dieren, waaronder flamingo’s, apen en een panter leven in een goed onderhouden gebied aan de noordkant van de gevangenis. Voedsel is er in overvloed, dag en nacht houden gevangenen zich bezig met de verzorging van de dieren. In de dierentuin is een nieuwe arena gebouwd voor hanengevechten, en verderop staat een stal met wedstrijdpaarden.

In Tocoron breken ook geregeld hanengevechten uit.

Via de varkensstallen lopen we langs het honkbalveld naar een van de wijken van de gevangenis. Het is een komen en gaan van motoren, een vervoersmiddel dat alleen voor de handlangers van Niño Guerrero beschikbaar is. Kleine huisjes van triplex vormen hier een soort sloppenwijk. Dit is nog steeds het betere gedeelte van de gevangenis. Als we een van de huisjes binnengaan, komen we in een kleine ruimte met een tweepersoonsbed. Witte A4’tjes vormen het behang, het dak is netjes afgesloten met een systeemplafond. Het is koel, de airco staat aan, op televisie is een muziekprogramma te zien.

Met de ­aanwezige wapens en granaten kunnen Niño en zijn crew een kleine oorlog ­winnen

Terug in het centrum praten Joris en ik, onder het genot van een biertje, over wat we gezien hebben. ‘Ik voel me eigenlijk veiliger binnen de muren van de gevangenis dan erbuiten,’ zegt Joris. Het lijkt er zo in eerste aanblik inderdaad op dat de gigantische crisis die Venezuela op dit moment teistert, aan Tocoron voorbijgaat. De ontwikkelingen gaan in rap tempo door. Eten is er volop en alles functioneert. Je zou bijna vergeten dat je niet in een resort bent, maar in een van de beruchtste gevangenissen van het land. Jaarlijks vinden honderden mensen er de dood. Sterker nog: een dag na ons bezoek worden er drie lichamen bij de poort van de gevangenis gevonden. En een week later weer één.

Imperium

Om de orde te bewaken zijn de handlangers van Niño Guerrero bewapend met moderne, soms automatische wapens. Bij een corrupte wapendeal met de overheid in 2014 zijn er ruim 1400 wapens ingeleverd. Daarvoor zijn via de achterdeur minimaal evenveel modernere teruggekomen. Met de aanwezige wapens en granaten kunnen Niño en zijn crew een kleine oorlog winnen. Daarnaast heeft Niño een rechtbank in zijn gevangenis, waarvan hij de rechter is. Terwijl Venezuela de doodstraf niet kent, is dat in de rechtbank van The Warrior Child, wel anders. We krijgen van diverse gevangenen gruwelijke foto’s te zien van levenloze mensen, sommigen verminkt voordat ze vermoord werden.

Niño en zijn mannen wonen op veilige afstand aan de rand van de gevangenis. Zijn huis schijnt van alle gemakken voorzien te zijn en wordt 24/7 bewaakt. De omzet haalt Niño niet alleen uit de huurpenningen van de cellen, maar ook uit een provisie op de verkoop van de restaurantjes en bars, de gokomzetten, zijn bank, afpersingen, drugshandel en diefstal. Volgens officials heeft 90 procent van de criminaliteit in de regio een link met de gevangenis. Het gaat zelfs zo ver dat een slachtoffer van een carjacking enkele uren nadat zijn auto gestolen is, een belletje krijgt uit Tocoron met de hoogte van het losgeld om de auto terug te krijgen. Deze mag het slachtoffer dan komen afrekenen binnen de poorten van de gevangenis, waarna hij of zij de locatie van de auto én de sleutel terug krijgt. De prijs om je gestolen auto terug te krijgen ligt, afhankelijk van hoe nieuw die is, tussen de één en zeven maandlonen.

Het is moeilijk in te schatten hoeveel het imperium van Niño Geurerro waard is. Een grove berekening leert ons dat hij met de huidige koers met de huurpenningen alleen al rond de 200 miljoen bolivar binnenhaalt, ofwel bijna 2000 reguliere maandlonen. De huurpenningen zijn nog maar een topje van de ijsberg.

De groetjes van The Warrior Child

Na wat mensen gesproken te hebben en wat rondgelopen te hebben, besluiten we dat het een mooie tijd is om te gaan. Bij het naar buiten gaan wil de majoor die onze spullen heeft afgenomen deze niet teruggeven. Een smeekbede van onze fixer helpt niet. Zelfs geld bieden, iets wat aan de orde van de dag is in Venezuela, biedt geen uitkomst.

Een gevangenis met een dierentuin, in Tocoron kan alles.

​​​​​​​Om toch te proberen onze camera’s en andere spullen terug te krijgen, proberen we buiten de poort in contact te komen met de Guardia National. Een belletje met gevangenen binnen Tocoron biedt na een paar uur uitkomst. ’s Avonds, wanneer we weer terug zijn in Maracay, komt het verlossende telefoontje: ‘Jullie spullen liggen niet meer bij de majoor maar in de gevangenis.’ De volgende morgen kunnen we het komen ophalen.

De volgende ochtend vroeg rijden we terug naar Tocoron. En zowaar, na een uur wachten komt een handlanger van Niño Guerrero de poort van de gevangenis uitgelopen met onze schoudertas. Alles zit er nog in. Wat dat ons kost? Niets, met de groetjes van The Warrior Child. ✖

 

FOTOGRAFIE JORIS VAN GENNIP EN MICHEL BALJET

Geplaatst op

In Calais is de vluchteling nooit weggeweest

Uitkijkend over het nu lege, met onkruid begroeide terrein, is het moeilijk voor te stellen dat hier iets meer dan een half jaar geleden bijna 10.000 mensen woonden. Ik ben terug gegaan naar Calais om te kijken wat er sinds de ontruiming van de Jungle, het illegale vluchtelingenkamp naast de tunnel naar Engeland, veranderd is.


Als ik op de heuvel, uitkijkend over het voormalige kamp sta, verbeeld ik me hoe het eind oktober vorig jaar was. Het kamp brandde op verschillende plekken. Donkere rookwolken vulden de lucht. Verschillende vluchtelingen pakten hun laatste bezittingen bij elkaar, terwijl de massaal aanwezige politie het terrein leeg veegde.

Terwijl de bulldozers klaar staan om hun woningen met de grond gelijk te maken, worden de 8500 vluchtelingen als een kudde dieren naar een grote kille loods gedreven die tijdelijk ingericht is als een sorteercentrum. In bussen worden ze daarna afgevoerd om geplaatst te worden in verschillende steden verspreid over Frankrijk. Hun droom ‘Engeland’ vaarwel zeggende.

Van dat kamp is vandaag -alsof het niet bestaan heeft- niets meer zichtbaar. Hoe zal het met de oud bewoners gaan? Op het antwoord hoeven we niet lang te wachten. Nog geen drie straten verder, op een open veld tussen een aantal bedrijfspanden vinden we de eerste vluchtelingen. Alsof we voedsel komen brengen, komen de eerste vluchtelingen zodra wij de auto uitstappen onze kant oplopen.

Ik ben vandaag niet alleen naar Calais gereisd. Eén van de anderen die mee is gegaan is Bob Richters. Het is zijn eerste keer in dit gebied. Hij is niet alleen meegegaan om een bestelbus vol gedoneerde goederen af te geven. Hij wil met eigen ogen zien wat er hier gebeurt.

Eerder op de dag zijn we langs een verzamelloods gereden, een paar kilometer buiten het voormalige kamp. Goedbedoelende vrijwilligers verzamelen hier gedoneerd voedsel en goederen om ze daarna onder de vluchtelingen te verspreiden. Torenhoog liggen spullen opgeslagen. Schichtig bekijken verschillende vrijwilligers onze komst; “hou het hek dicht uit veiligheidsoverwegingen. Wat doen die camera’s hier. Niet de locatie van het pand filmen, we zijn in het verleden wel eens eerder aangevallen door extreem rechts tuig”.

“Ik weet niet zo goed wat hiervan te denken”, zegt Bob me. “Ze bieden geen gereedschap, hier wordt niets mee opgelost”. Ik moet hem gelijk geven. Met alle goede bedoelingen biedt het inderdaad geen oplossing. De slechte kanten van dit soort goede doelen zag ik vorig jaar ook.
Veel vrijwilligers nemen taken op zich zonder kennis van zaken te hebben. Sommige nemen, bewust of onbewust een ongewenste machtspositie in en een dieper doel behalve pleisters plakken ontbreekt in veel gevallen. Vandaag is er weer eten, wat er morgen is zien we dan wel.


Een van de vrijwilligers geeft aan veel hinder van de politie te ondervinden. “We krijgen een uur om op een locatie eten uit te delen, daarna moeten we stoppen” De organisatie waar Bob spullen aan gedoneerd heeft maakt dagelijks voor tussen de 1200 en 1500 mensen eten.


Bob is zijn eigen kleine wereldverbeteraar. In Rotterdam helpt hij met zijn project Hotspot Hutspot op drie locaties de -in de ogen van vele mensen- kanslozen van onze samenleving. Ex-verslaafden, daklozen en een door de IS geïndoctrineerd meisje zijn onderdeel van zijn cliëntenbestand. “Mijn project ontwikkelt zich naarmate wat nodig is, ik heb nu bijvoorbeeld twee daklozen die bij mij actief zijn, zij hebben onderdak nodig, dus ben ik nu bezig met een hotspot hutspot hotel.” “Weet je Michel, ontwikkelingshulp in eigen land is wat ik doe”.

Op het veld nog geen drie straten van de voormalige ‘jungle’ is het bezaaid met mensen. Op het midden van het veld wordt iets van cricket gespeeld, naast mij stept een jongetje van een paar jaar oud langs de opgestapelde vuilnis, enkele anderen slapen. Eén van de jongens die naar ons toegelopen is, een jongen uit Eritrea, herken ik nog. Hij was één van de jongens die ik in oktober in de jungle ontmoet heb. Hij zat er toen vijf maanden, dit betekent dat hij nu een jaar in dit gebied is. Hij ziet er moe uit, zijn ogen zijn rood. In zijn gebrekkig Engels probeert hij mij wederom, net als in oktober, uit te leggen dat hij een zus in Canada heeft die alles voor hem regelen wil. “Ik hoef niet meer naar Engeland”, hij vraagt me of ik kan bemiddelen, wederom geef ik mijn nummer, een telefoontje verwacht ik niet van haar, nog steeds niet.


De vluchtelingen op dit veld geven aan in de open lucht te slapen. Enkele zeggen lastig gevallen te worden door politie, “Ze komen ’s nachts, nemen ons spullen af en spuiten pepperspray in onze ogen”. Sommigen geven aan regelmatig opgepakt te worden om een paar uur later weer vrijgelaten te worden. Op het veld zijn geen voorzieningen, ook geen water.


Vorig jaar ontmoette ik Zimako, een Nigeriaanse vluchteling die in 2011 na de verkiezingen zijn land ontvluchtte. Zijn Togolese vader die voor de vorige regering had gewerkt werd bedreigd. Via Libië en Italië kwam hij in Frankrijk terecht. In tegenstelling tot anderen hier wil Zimako niet naar Engeland. Hij wil in Calais blijven.


Zimako is dikker geworden wanneer ik hem vandaag ontmoet, hij is hier omdat hij afgesproken heeft met Bob en met Veerle. Ze hebben een wasmachine, een droger en beeldschermen voor hem meegenomen.

Tot de ontruiming had Zimako een school in het vluchtelingenkamp de jungle. Zijn -eigenhandig opgebouwde- school is samen met de rest van de jungle met de grond gelijk gemaakt. Al voor de ontruiming begon, had Zimako al een nieuw project, een wasserette voor de vluchtelingen en bewoners van Calais. Nu wil hij ook een internetcafé beginnen.


Ik weet niet wat het is maar in tegenstelling tot vorig jaar mis ik het vertrouwen bij hem als hij praat. De wasmachine, wasdroger en beeldschermen belanden in een kelder van een appartementencomplex en het verhaal dat hij voor mijn camera afdraait lijkt te gescript, inclusief zijn grapjes. Is Zimako nog de wereldverbeteraar en het sprankje hoop in de poorten van de hel waarover ik vorig jaar schreef? Lag het aan mij, ben ik door de vluchtelingenhaat in Nederland te wantrouwend geworden?

Terwijl ik op de rand van het veld sta, starend naar wat er vóór mij plaatsvindt en naar hoe mijn halve pakje shag verdeeld wordt onder een tiental vluchtelingen, komt Bob naar mij toe. “En Michel? Hoe lossen we dit op, weet jij de oplossing?” Volgens mij geef ik hem geen antwoord op die vraag. En terwijl wij voorbij -de net om de hoek geparkeerde- politiewagens rijden hoor ik Bob tegen twee van zijn jongens die mee zijn zeggen “Maatwerk, één voor één met ze in gesprek gaan en tot een oplossing komen”

Persoonlijk vind ik dat Calais een prachtig voorbeeld is van hoe wij, in Europa en ook in Nederland, met vluchtelingen omgaan. We lossen het probleem niet op, we verplaatsen het en doen of alles koek en ei is. We gaan door met het maken van dezelfde fouten als wij in het verleden gemaakt hebben. We segregeren, creëren een nieuwe klasse en laten ons afleiden door discussies of wij als mens überhaupt een verantwoordelijkheid hebben voor een ander mens. Om er over tien of twintig jaar achter te komen dat deze nieuwe Nederlanders zich gaan afzetten tegen de gevestigde orde.


En terwijl wij dat doen slapen niet alleen de duizenden vluchtelingen in Calais in de open lucht, wachtend op de dag die misschien nooit komen gaat.

Geplaatst op

Dit is waarom Wilders aangifte doet tegen Anne Fleur

18 juli 2016 plaatste Judith brockhoven op Facebook een oproep:

“Ik ben op zoek naar mensen die samen met mij stenen willen gaan gooien naar de Moskee van Beringen, minstens 500 mensen, als ‘ludieke’ reactie op het radicaal moslim geweld van de afgelopen nachten. Datum en uur worden later vastgelegd. :D”

Het bericht werd op Facebook vele malen gedeeld en ook op Twitter waren er diverse reacties, waaronder die van Nourdeen Wildeman

en  Anne Fleur

Op het eerste bericht van Anne Fleur wordt voornamelijk met verontwaardiging gereageerd, zo vraagt iemand haar of het een fake account is en een ander of het wel serieus is. Het bericht is in totaal 18x gedeeld.

Een uur later plaatst Anne Fleur nog een bericht over hetzelfde onderwerp.  In haar bericht zegt ze: ”Wie gaat er mee 500 stenen op Wilders gooien? Vind ik wel een ‘ludieke actie’.”, later is dit bericht verwijderd.  

(link naar tweet die nu verwijderd is )

Op 19 juli 2016 16:33 plaatst Anne Fleur een printscreen van de twee eerdere berichten op Twitter met de tekst “Parodie is extreem moeilijk, blijkbaar. Moslims zijn vogelvrij. Maar als je iets zegt over Wilders moet je dood.”

Maar daar stopt het nog niet. Later die avond plaatst Judith Brockhoven nog een facebook update  ‘Zo seh, vandaag mijn verlofke officieel begonnen, yeah, wanneer ga ik nu die rot moskee bestormen ??’ het bericht wordt op Facebook wederom tientallen malen gedeeld.

Anne Fleur plaatst een printscreen van het bericht op haar Twitter ‘Judith gaat nog even door met haar ‘ludieke acties’

Een dag later plaatst Anne Fleur een blog op haar website, ze geeft daarin aan “Dat deed mij besluiten om bij wijze van experiment de oproep om te draaien: wat als iemand opriep om een ‘echte Nederlander’, te gaan bekogelen? Dichter bij Nederlanderschap dan Wilders kom je niet, dus voila:

En zoals verwacht creëerde dit wél een shitload aan ophef. Experiment geslaagd dus, aangezien mijn hypothese is bevestigd.”

In de blog geeft ze aan verschillende bedreigingen te hebben gehad n.a.v. de tweet.

Tot een paar reacties op haar blog na blijft het (relatief) stil, tot op 18 maart de website ‘liefde voor Holland’ een post wijdt aan Anne Fleur.

In het artikel met de titel ‘Groenlinks activiste was voorzitter stembureau, roept op tot stenigen Wilders. PVV-stemmen verdwenen?’ laten ze tweets van vorig jaar zien zonder melding te maken van de andere tweets van Anne Fleur. Ook maken ze geen melding van het Facebook bericht van Judith Brockhoven waarop Anne Fleur reageert. De post van ‘Liefde voor Holland’ maakt ook geen melding dat Anne Fleur uiteindelijk nooit voorzitter van een stembureau is geworden. ‘gezien haar politieke achtergrond heeft de gemeente besloten dit niet toe te staan.’ (Update: Anne Fleur geeft aan tegenover het IJmuider Courant twee weken voor de verkiezingen zelf gezegd te hebben geen voorzitter te kunnen zijn “bleek dat ik het niet zou redden”)

Geert Wilders deelde het bericht van ‘liefde van Holland’.

Naar aanleiding van bedreigingen heeft Anne Fleur besloten onder te duiken.

Judith Brockhoven en Anne Fleur waren onbereikbaar voor commentaar.

Meer informatie:

Geplaatst op

Opinie: Angst dicht bij huis, dat is pas veilig

Op 16 maart dit jaar ontplofte een bombrief die gericht was aan Jeffrey Frank, de directeur van het IMF in Europa. Een medewerker van het IMF raakte hierbij lichtgewond. Later zou bekend worden dat de brief uit Griekenland afkomstig was, 8 andere bombrieven, waaronder één aan Dijsselbloem, zijn daarna onderschept. De verantwoordelijkheid is opgeëist door ‘Samenzwering van Vuurcellen’, een linkse autonome groep uit  Griekenland.

Een dag later op 17 maart, leek het weer raak te zijn. Een dertigjarige man riep in een voorwijk van Parijs ‘Allah akbar’ en sneed de keel van twee mannen door, om daarna te gaan bidden. Later bleken de slachtoffers de vader en de broer van de dader te zijn en is terrorisme uitgesloten.  

De volgende ochtend was het wederom raak in Frankrijk. Op die zaterdagochtend 18 maart werd de 39-jarige Ziyed Ben Belgacem, nadat hij probeerde het wapen van een soldate af te pakken, op het Parijse vliegveld Orly neergeschoten. Eerder die dag schoot Ziyed onderweg naar het vliegveld bij een wegcontrole een agent in het gezicht, deze hield daar lichte verwondingen aan over. De man met de Franse nationaliteit was een bekende van de politie en eerder opgepakt voor drugsfeiten. Hij werd gezocht voor betrokkenheid bij een bankoverval. Vier mensen raakten lichtgewond deze dag, Ziyed overleed en het vliegverkeer bleef de gehele dag ontregeld.

En afgelopen week, exact één jaar naar de aanslag in Brussel was Londen doelwit. De in Kent geboren 59-jarige Adrian Russell Ajao, alias Masood, reed in op voetgangers op de Westminster brug waarna hij, nadat hij een agent had neergestoken, werd neergeschoten voor het parlementsgebouw.

Een dag later werd de 39-jarige in Frankrijk geboren Mohammed gearresteerd nadat hij met hoge snelheid door een winkelstraat in Antwerpen reed. Hij wordt van poging tot terroristische moord verdacht. Diverse media meldden dat hij dronken zou zijn geweest, in zijn auto vonden agenten steekwapens, een riotgun en een bus met onbekende inhoud.

Dit lijkt allemaal heel wat, maar is dat ook zo? Vandaag stelt Stephan Okhuijsen in zijn Column op RTLZ de vraag ’Maar is de situatie wel zo uitzonderlijk? Nee, eigenlijk niet.’

In zijn column stelt Okhuijsen: ‘De aanslag van Karst Tates in Apeldoorn in 2009 is het meest recente ernstige terroristische incident bij ons. De schietpartij in Alphen aan de Rijn wordt niet gezien als een terroristische daad’. De laatste officieel aangemerkte terroristische daad daarvoor dateert uit 2004.  Ook stelt Okhuijsen dat de situatie niet uniek is. Tot begin jaren 90 was het heel onrustig in Europa. Vliegtuigkapingen, bomaanslagen en ontvoeringen kwam veel vaker voor dan nu. Statistieken op datagraver.com laten ook zien dat tot en met 2014 ruim de helft van de aanslagen zijn gepleegd door groepen zonder islamitische achtergrond. Pas de afgelopen twee jaar zijn daders met een islamitische achtergrond in de meerderheid.

Een aantal gebeurtenissen domineerde het nieuws deze week, redacties draaiden overuren en iedereen had, zoals tegenwoordig gebruikelijk, zijn mening klaar om er op Twitter over te schreeuwen..

Ik kan mij soms kapot ergeren hoe wij omgaan met een gebeurtenis als een ‘aanslag’. Soms lijkt het niet uit te maken wat er daadwerkelijk gebeurt, zolang wij het maar een aanslag kunnen noemen, want dan kan het vingerwijzen beginnen. Wij schreeuwen direct moord en brand, en als wij het niet al gelijk doen, dan weet onze  vinger al heel snel te wijzen naar de enige daders die veel van ons blijken te kennen: ‘de buitenlander’, IS, de terroristen.

Dagenlang domineert ‘de aanslag’ het nieuws en de voorpagina’s, en dit terwijl de meeste aanslagen die dagelijks plaatsvinden met regelmaat de krant niet eens halen. In maart alleen al zijn er tot nu toe wereldwijd ruim 500 mensen omgekomen bij terroristische aanslagen, vorige maand ruim 1000. Zes hiervan zijn omgekomen in Europa en dan reken ik de daders niet mee. Bij twee van de zes slachtoffers, de vader en de broer uit Frankrijk, betrof het eigenlijk niet eens terrorisme, maar een dubbele moord.   

Lees even mee. In 2015 zijn er in de EU 151 mensen omgekomen door terroristische aanslagen, 360 anderen raakten dat jaar gewond. Wereldwijd kwamen er in hetzelfde jaar ruim 38.000 mensen om bij een terroristische aanslag en vielen er daarnaast 44.000 gewonden. En dan heb ik het nog niet eens over de oorlogsslachtoffers. Zeg ik hiermee dat die 151 slachtoffers in verhouding niets voorstellen? Onzin. Wel zeg ik dat het lijkt of we ons superdruk kunnen maken over wat in onze achtertuin gebeurt, terwijl wat er een paar duizend kilometer verderop gebeurt niet echt schijnt te boeien.

En als we het breder bekijken. Terwijl in één jaar 151 mensen binnen de EU omkwamen door een aanslag, werden ruim 5000 mensen binnen de grenzen van EU vermoord zonder terroristische oorzaak, ruim 26.000 andere Europeanen overleden na een verkeersongeluk dat jaar.

Laten we vooropstellen dat ik net als eenieder, elk slachtoffer betreur, of dit nu komt door een aanslag, door een moord, een auto-ongeluk of door hongerdood. Toch walg ik soms van onze egoïstische instelling. Als ik Henk en Ingrid moet geloven dan hebben alle terroristen het vandaag de dag op ons gemund,  terwijl nog geen 0.4% van de slachtoffers van aanslagen vallen binnen de grenzen van de EU, laat staan hier in Nederland waar al 10 jaar geen aanslag gepleegd is. Kunnen wij van ‘geluk’ spreken, hebben wij de zaken beter op orde dan bijvoorbeeld België of Frankrijk? Hebben wij betere inlichtingendiensten?

Toen van de week in Engeland een man inreed op voetgangers, ontplofte Twitter en het domineerde het avondnieuws. Bedenk dit, dezelfde dag vielen er ruim 100 slachtoffers wereldwijd door terreuraanslagen, overleden dezelfde dag ruim 70 mensen in de EU door een ongeluk en werden 14 anderen vermoord. Sterker nog, binnen 24 uur na de aanslag overleden er ruim 40 mensen die in twee bootjes Italië probeerden te bereiken, 200 mensen van dat ongeluk zijn nog vermist. Ook vielen er volgens ooggetuigen mogelijk meer dan 200 burgerslachtoffers bij een aanval in Mosul.

Op Twitter werd door diverse mensen direct de schuld gegeven aan de terroristische vluchteling of de Islamiet. Dit terwijl geen van de daders van de aanslagen in de EU van afgelopen maand vluchteling was. Allemaal zijn ze binnen de EU geboren. Wel hadden de daders een islamitische achtergrond.

Ook journalisten hebben snel hun mening klaar als er in onze achtertuin iets gebeurt. Neem als voorbeeld gisteravond toen er berichten binnenkwamen over een schietpartij in Lille. Volgens de eerste berichten op Twitter was er een groot aantal slachtoffers bij een schietpartij bij een metrostation, RTL Late Night sprak direct van een mogelijke aanslag, even later zou blijken dat het ging om confrontatie tussen twee criminele groepen, 3 mensen raakten gewond. Maar ach, de angst regeert.

Soms mag er best wel eens gerelativeerd worden, en soms mag er best wel eens beter buiten onze landsgrenzen gekeken worden. Bekijk bijvoorbeeld eens Venezuela, een land waar je gek genoeg bijna nooit iets over hoort. In Venezuela worden dagelijks rond de 70 mensen vermoord, ruim 26.000 mensen per jaar, dat is in verhouding ruim 220 keer zoveel als bij ons in Nederland. Nee, dat is niet omdat Venezuela met 30 miljoen inwoners heel veel meer inwoners heeft dan Nederland of omdat er zoveel Moslims in Venezuela wonen, 95% is rooms-katholiek.  

Maar moeten we ons dan niet druk maken?  Natuurlijk wel, want als je iemand in zijn gezicht slaat dan kun je een klap terug verwachten. Al decennia lang bemoeit ook Nederland zich met geopolitieke conflicten, soms ter bescherming van de EU, soms omdat wij van mening zijn dat implementatie van de Westerse democratie de lokale bevolking kan helpen. Soms komen we er pas decennia later achter wat onze daadwerkelijk grondslag was om ons ergens mee te bemoeien. De haat van verschillende mensen richting ‘het westen’ is mede hierdoor afgelopen decennia alleen maar gegroeid.

Tussendoor hebben we onze eigen problemen, die soms niet opgelost lijken te kunnen worden. Zo hebben we fouten gemaakt met immigratie door groepen te segregeren en heeft het populisme meer en meer verdeeldheid gecreëerd. Je kunt verwachten dat wanneer je iemand lang genoeg in de hoek zet,  die persoon niet voor altijd stilletjes voor zich uit blijft staren, maar  zich daar op een gegeven moment tegen gaat verzetten. Volgens mij is dat precies wat gebeurd is, ook bij ons.  

Volgens mij zijn wij een stuk minder verdeeld over hoe wij moeten omgaan met haat, agressie, geweld en aanslagen. Weinig mensen zullen, wanneer je ze op straat vraagt of de aanslag in Londen terecht was,  ‘ja’ antwoorden. Er is maar een heel kleine groep mensen die deze dingen verheerlijkt, maar soms lijkt het wel of dat kleine groepje mensen het weet te winnen van ons gezonde verstand.

De wereld draait in rap tempo door. We leven in een snel veranderende wereld waar op dit moment een groot aantal verschillende geopolitieke machten bezig is zijn eigenbelang te verdedigen. Rusland, Turkije, de EU, en dat is als wij dicht bij huis kijken. Het is wachten tot de vlam een keer echt in de pan slaat en wij er ons met onze Hollandse diplomatie niet meer uit weten te redden. Er zijn oorlogen in het verleden om kleinere dingen ontstaan, en toen hadden we geluk, want toen leefden wij in een minder verdeeld land dan we nu doen.  

Misschien komt onze angst wel uit een heel andere hoek en zijn wij bang omdat we juist wel zien wat er buiten de EU gebeurt en weten wij allemaal diep van binnen dat die beelden die zo onrealistisch en ver weg lijken, niet onrealistisch zijn en ook wel eens heel dichtbij kunnen komen. Door die gedachte maakt elke ‘aanslag’, hoe klein deze in verhouding ook is, ons terect bang voor de toekomst. Loop maar eens een seniorencomplex binnen, drink eens een kopje koffie, en praat eens over vroeger, want zo lang geleden is vroeger nog niet.

(Statistieken over terroristische aanslagen kunnen je o.a. vinden op de website van datagraver.com)

Geplaatst op

Antwoord op de 13 meest gestelde vragen van afgelopen week

Hier is het antwoord op de 13 meest gestelde vragen van afgelopen week

1: Ben je illegaal Oekraïne binnen gegaan?

Ik ben de DNR niet via Oekraïne binnen gegaan maar via Rusland. Aangezien Oekraïne de DNR niet als land erkent, is dit in hun ogen illegaal. Daar moet ik wel bij opmerken dat wij visumvrij mogen reizen in Oekraïne. Mijn doel van de reis was om de andere kant van het verhaal te belichten, het verhaal van DNR. Het zou onlogisch zijn om via de vijand op bezoek te gaan.

2: Ben je benaderd door de Russische overheid?

Nee. Wel hebben wij de Russische overheid benaderd. Dit voor de aanvraag van onze transitvisums. Tijdens die aanvraag zijn we op bezoek geweest bij het Russische consulaat in Den Haag om toelichting te geven voor onze visumaanvraag. Buiten dat contact zijn we nooit benaderd door de Russische overheid.

3: Vertelde Graham jou dat je naar de rampplek toe moest?

Het is wel ter sprake gekomen, uiteraard, maar de keuze om naar de rampplek te gaan heb ik zelf gemaakt. Het stond eigenlijk ook niet in de planning en kwam onverwacht. Graham was, net zoals Stefan, ook niet mee tijdens mijn bezoek.

4: Heb je geen twijfel over de mogelijkheid dat iemand dat botdeel in de loods heeft neergelegd voor jouw komst?

Dat is iets waar ik altijd extra rekening mee houd. Niet alleen in dit geval, maar je moet altijd op je hoede zijn dat je niet beïnvloed wordt door je omgeving. Maar nee, ik twijfel daar niet aan. Bijna niemand wist dat ik de plek ging bezoeken. Ik heb zelf onze route bepaald en zelf gekozen waar we gelopen hebben. Ik heb daarnaast het hele bezoek gefilmd.

5: Je zegt dat je het voor de nabestaanden doet. Waarom zo respectloos in een vuilniszak?

Dat woord gebruiken in combinatie met die poll is de grootste fout die ik gemaakt heb. Ik heb ook direct excuses daarvoor gemaakt bij de nabestaanden. Ik heb bij terugkomst in het hotel alle onderdelen los van elkaar verpakt, waarbij ik het botdeel extra ingepakt hebt. Ik ben met veel respect met de spullen omgegaan, deze zijn absoluut niet in een vuilniszak terug naar Nederland gekomen.

6: Die poll? Waarom deed je dat?

Ik wilde een punt maken. Ik ben op Twitter wel vaker sarcastisch, met nu en dan de nodige zwarte humor. Dit was, achteraf gezien, zeer ongepast. Zeker tegenover de nabestaanden. Dit heb ik nooit zo bedoeld, ik heb hiervoor ook oprecht mijn excuses aangeboden en dat doe ik hierbij nogmaals.

7: Waarom niet gewoon foto’s maken, moest je het nou echt meenemen naar Nederland?

Dat was een afweging. Op dat moment was ik zelf enorm verbaasd, ook een beetje boos. Ik had nooit gedacht dat daar nog zoveel zou liggen. Op dat moment kon ik niet met zekerheid alle items vaststellen. Zo dacht ik wel dat het een botdeel was, maar wist ik niet of het menselijk was. De enige manier om daar achter te komen, was gedegen onderzoek. Met alleen een foto kon ik geen DNA-onderzoek laten doen.

8: Waarom nam je voor het verlaten van het vliegtuig afscheid van Beck?

Stefan was er niet bij op de dag dat ik naar de MH17 rampplek ging. Hij hoorde pas later dat ik dingen meegenomen had. Waar hij dit deels steunde, vond hij het meer dan verwerpelijk dat ik mogelijk menselijke resten had meegenomen. Omdat we niet zeker wisten hoe er in Nederland op gereageerd zou worden hebben we afgesproken dat hij zich zou distantiëren. Ik wilde niet dat hij door mij in de problemen zou komen.

9: Waarom probeerde je de dingen Schiphol uit te smokkelen?

Onzin. Ik ben juist vanaf dag één heel open met het onderzoeksteam geweest. De afspraak was ook dat ik het vrijwillig zou overdragen op Schiphol. Het ging mis toen het onderzoeksteam een kopie van al mijn data wou hebben. Van data die niets met MH17 te maken hadden. En ook alle data op mijn telefoon en laptop. Ik weigerde dat om mijn bronnen te beschermen. Daarna begon de ellende en namen ze alles in beslag.

10: Je hebt dingen meegenomen van een crimescene. Dat mag niet. Waarom deed je dat?

Zo ver mij bekend is het onderzoek afgesloten en is er afgelopen jaar en negen maanden niemand meer geweest van het onderzoeksteam. Het is dus nog de vraag of het überhaupt niet mag. Ik vind het schandalig dat er twee en een half jaar na de ramp nog iets ligt. In mijn ogen horen die dingen sowieso niet op een open veld of in een open loods. Ze horen mijns inziens in Nederland. Daarnaast was onderzoek nodig op de items. Ook de DNR heeft in een persverklaring aangegeven dat ik alle vergunningen had te doen wat ik deed.  

11: Hoe kon het dat Beck jouw tas mee nam?

We hadden de weken ervoor met gezamenlijk bagage gereisd met 4/5 tassen en koffers. Gedurende het bezoek aan DNR hebben we constant tassen herpakt, afhankelijk van wat we die dag nodig hadden. De nacht voor vertrek heb ik alle MH17 spullen in 1 van de tassen herpakt. Op Schiphol was hier even onduidelijkheid over. Toen ik zag dat Stefan de verkeerde tas pakte heb ik hem gelijk erop aangesproken. Binnen een minuut, een paar meter van de bagageband, was de tas alweer bij mij. Daarna zijn we met bagage doorgelopen naar een kamer van de politie op Schiphol

12: Wanneer toon je berouw voor het meenemen van menselijke resten?

Ik sta achter de keuze om het menselijk rest mee te nemen naar Nederland. Ten eerste omdat we anders vandaag nog niet hadden geweten of het echt een menselijk rest was. Veel van de nabestaanden die mij in de afgelopen dagen hebben benaderd voelen er niets voor dat er mogelijk nog resten liggen van geliefde. Ik denk dat ze terecht vragen aan de overheid om er nog een keer te gaan kijken.

13: Ben je nog steeds de “crimineel” die je vroeger was?

Het is heel goedkoop van een aantal mensen om mij aan te vallen op mijn verleden. Ik ben tussen 2004 en 2006 in aanraking geweest met justitie, ik heb toen mijn straf uitgezeten en heb de draad weer opgepakt. In de tussentijd ben ik commissielid geweest, heb ik een prijs gewonnen van MinBZ en ben ik niet meer in aanraking geweest met justitie. Dat wij een land zouden zijn waar je gelijke kansen hebt na berecht te zijn, voelt voor mij als onzin. Dit is een dagelijks gevecht voor mij.

Geplaatst op

MH17, mijn verhaal

Afgelopen dagen is er veel te doen geweest rondom mijn keuze om resten van de MH17 mee naar Nederland te nemen. Dit is mijn kant van het verhaal.

Zondag 25 december vertrok ik (samen met Stefan Beck) via Warschau, Moskou en Rostov naar Donetsk. Het doel van de reis was (o.a.) om onderzoek te doen naar het dagelijkse leven en de ontwikkelingen van DNR in Oost-Oekraïne, sinds de oorlog in 2014 begon. Veel verhalen gaan er rond over wat daar gaande is en veel van die verhalen spreken elkaar tegen. In totaal zijn we twee maanden bezig geweest met voorbereidingen en hebben we rekening gehouden met alle mogelijke scenario’s o.a. met betrekking tot veiligheid.

Waarom via Rusland.

Er is uiteindelijk voor gekozen om via Rusland naar de DNR af te reizen. Een andere, in de ogen van sommige mensen meer logische, route zou zijn geweest om dit via Oekraïne te doen. Sinds 2014 is er een oorlog gaande in Oost-Oekraïne. Er is geen land die op dit moment DNR erkent. Mijn doel van de reis was niet alleen om uit te vinden wat er aan de frontlinie gebeurt, maar juist ook om te kijken hoe het dagelijks leven van de bewoners is en hoe de interne politieke ontwikkelingen binnen DNR gaan. Buiten dat het via Oekraïne op dit moment bijna onmogelijk is naar dat gebied af te reizen, en om daarnaast ook nog eens persvergunningen te krijgen, was het voor ons geen logische keuze om het DNR gebied binnen te gaan vanuit (in hun ogen) vijandig gebied om daarna medewerking te verwachten. Na overleg met o.a. het Russisch Consulaat en contacten binnen de DNR is gekozen voor de Rusland route.

Bezoek aan de MH17 crash site.

Gezien we maar een beperkt aantal dagen hadden, stond een bezoek aan de plaats waar de MH17 twee en een half jaar geleden neerstortte, niet op de shortlist met dingen die ik zou doen. De gesprekken die ik in de eerste dagen had met diverse mensen vanuit het gebied besloten mij om de planning aan te passen en de crash site alsnog voor een dag te bezoeken. Stefan Beck ging die dag niet mee. Aangekomen in het gebied trof ik tot mijn verbazing op diverse plaatsen nog duidelijk herkenbare brokstukken aan. Na een wat langere overweging besloot ik een selectie van brokstukken mee te nemen. Het ging hierbij voor een merendeel uit aluminium en plastic onderdelen en printplaat. Ik wilde deze dingen meenemen met als doel er onderzoek naar te laten doen, ze over te dragen aan de autoriteiten en om een sterk punt te maken dat er na 2,5 jaar nog steeds dingen te vinden zijn. Tussen de onderdelen vond ik fragmenten die me sterk deden denken aan botresten. Eerder al werden er botresten gevonden, sommige bleken niet menselijk maar dierlijk te zijn. Ik ben geen forensisch onderzoeker maar sloot niet uit dat het botresten van een mens geweest konden zijn. Ik maakte de afweging om een van de botresten mee te nemen voor nader onderzoek in Nederland. De overweging voor mij was: als dit menselijke resten zijn dan horen die hier niet thuis maar dan moeten die terug naar Nederland.

Het meenemen van spullen.

De crashsite van de MH17 ligt ongeveer 3 uur reizen van Donetsk. Een gebied waar enkele huizen staan en een soort van simpel eerste-levensbehoefte-winkeltje. Ik besloot om een selectie van de onderdelen in separate tassen te verpakken. Een van de botdelen heb ik ingepakt in een afgesloten koker. Later bij terugkomst zijn alle onderdelen los van elkaar verpakt in ziplock zakjes. Het botdeel is gedurende de hele reis verpakt in een afgesloten harde verpakking. Ik heb gedurende de hele dag film opnamens en fotos gemaakt, zowel van de spullen, de oorspronkelijke plek, alsook van de spullen die we tegenkwamen maar niet hebben meegenomen. Ik heb geprobeerd om de meegenomen onderdelen zo goed als mogelijk te documenteren.

De Tweet

Ik was aangedaan door het feit dat er nog zoveel dingen lagen in het gebied. Ik kon me niet voorstellen dat, als zoiets in Nederland zou gebeuren, dat dan ook zo zou zijn. Ik moest denken aan de uitspraak van Rutte ‘de onderste steen boven’ en ik stuurde toen een, achteraf gezien, zeer misplaatste Tweet.

met de gedachte: wie is er nu nog mee bezig om de onderste steen boven te krijgen of is er niemand meer mee bezig en laten we de boel de boel. Na het plaatsen van de tweet kreeg ik niet direct gekke reacties. Tijdens een uitzending van EenVandaag werd me duidelijk dat deze bij de nabestaanden slecht was gevallen. Ik heb direct excuses aangeboden hiervoor.

Openbaar ministerie

6 januari ontving ik een email van Gerrit Thiry (Coördinerend teamleider MH17) daarin stelde hij spoedig contact met mij te willen hebben ‘om de veilig gestelde spullen zo spoedig mogelijk ter beschikking te krijgen van het onderzoeksteam zodat desgewenst forensisch onderzoek kan worden verricht.’  Ook waarschuwde hij mij dat het volgens Nederlands recht een strafbaar feit is items van een plaats delict mee te nemen. Op dezelfde dag kreeg ik van Gerrit Thiry nog een email, dit was n.a.v een interview met EenVandaag waarin ik aangaf de spullen te willen overdragen. Hij bevestigt in de mail mijn wens en geeft me twee opties tot overdracht, de Liaison in Moskou of op Schiphol. Afgelopen zaterdag hebben we via sms en telefoon met elkaar bevestigt dat het ging om een vrijwillige overdracht, niet een strafrechtelijke invordering. Onze vlucht had een vertraging, hiervan heb ik hem nog op de hoogte gebracht. Bij aankomst op schiphol kreeg ik een bericht van hem dat ze klaar zouden staan voor me bij de gate.

Bij de douane

Gezien Stefan er niet bij was op de dag van het bezoek naar de crashsite en hij het niet steunde dat ik het botdeel meenam, hebben we voor de vlucht afgesproken vast afscheid te nemen. Bij aankomst bij de gate werd ik ontvangen door Gerrit Thiry en een aantal andere mannen waaronder een digitaal forensisch expert en wat leden van de Marechaussee. Samen liepen we naar de bagageband om de bagage te halen. Bij de bagageband ontstaat kort verwarring doordat mijn reisgenoot de verkeerde bagage van de band haalt. Binnen een minuut wist ik hem (telefonisch) te bereiken en nam ik de tas van hem over. Daarna liep ik samen met Thiry en een aantal anderen door naar een kamer ergens binnen Schiphol die voor ons gereserveerd was. Stefan werd meegenomen naar een andere kamer, ik sprak hem pas een dag later weer.

In de kamer werd me nog voor de overhandiging gevraagd of digitaal forensisch expert een ISO (kopie) van al mijn data mocht maken. Ik heb toen aangeven dat ik bereid was de beelden van de crashsite over te dragen, met dien verstande dat eventuele bronnen en gesprekken geanonimiseerd zouden worden. Ik heb geweigerd al mijn data van de hele trip in Rusland en DNR beschikbaar te stellen omdat ruim 90% van de data niets met de MH17 te maken had en politiek gevoelige informatie bezat. Daarnaast zag ik ook niet het nut in om data van mijn audio recorder en telefoon over te dragen omdat 0% data bevatte van MH17. Met mijn voorstel het te beperken tot de data van MH17 en de crashsite ging het OM per direct niet akkoord, waarna ze zijn overgegaan tot in beslagname van al mijn spullen. Ze hebben bij mij een laptop, 3 telefoons, een 4k panasonic camera, een nikon d80, een kleine camcorder, een audio recorder, een externe harde schijf en diverse SD geheugenkaarten in beslag genomen. Mijn verzoek om een advocaat werd afgewezen. Uiteindelijk heb ik in hun bijzijn wel een telefoontje mogen plegen om iemand te verwittigen.

Hoe nu verder.

Ik betreur hoe de zaken zijn gelopen. Ik ben teleurgesteld in de handelswijze van het OM. Ik kan me ook geheel niet vinden in het door hen uitgegeven persbericht. Ik heb vanaf dag één aangeven de spullen te willen overdragen en ben op geen enkel moment van die gedachte afgestapt. Over ethiek hebt valt te twisten, maar dat is een hele andere discussie. Wat ook een andere discussie is de manier hoe sommigen mediaplatformen en journalisten zonder wederhoor omtrent dit onderwerp publiceerde. Hierdoor is in de afgelopen dagen veel ruis ontstaan.

Ik ben dankbaar voor de steun van de NVJ. Op dit moment buigt een rechter-commissaris zich over de inbeslagname. Ik heb mij beroepen op mijn bronbescherming. Ik ga er vanuit dat de rechter bronbescherming zal toekennen, waarna ik nog steeds bereid ben om op vrijwillige basis de relevante beelden over te dragen. De beslissing van de Rechter wordt verwacht op 10 of 11 januari.

Tegenover de nabestaanden van omgekomenen in de MH17 wil ik mijn excuses aanbieden, voor zowel de zeer beroerde tweet alsmede het feit dat oude herinneringen worden opgehaald. De misinformatie binnen verschillende media van afgelopen dagen heeft hierin niet meegeholpen. Mocht u vragen aan mij hebben dan ben ik hiervoor altijd bereikbaar.

Update: De verklaring van Stefan Beck staat hier

(foto: Vladislav Zelenyj)