Terwijl Venezuela op z’n gat ligt, gaat in de gevangenis het leven gewoon door. Journalist Michel Baljet en fotograaf Joris van Gennip worden bij de ingang opgewacht door twee bewapende gevangenen, bedoeld om bewakers buiten te houden. Welkom in Tocoron, een van de beruchtste gevangenissen van Venezuela.
Naast me loopt een jonge soldaat met een te grote mitrailleur om zijn schouder. Joris, de fotograaf die met mij naar Venezuela mee is gereisd, loopt rechts achter me, onze fixer links. We zijn al een paar honderd meter aan het lopen over een onverhard zandweggetje, dat voor ons gevoel nergens heen leidt, wanneer ik Joris wederom vraag extra waakzaam te zijn. Vanaf de andere kant komt een motor aangereden met nog twee soldaten.
Verboden gebied
Ruim een uur eerder zijn Joris en ik aangekomen bij Tocoron, om een verslag te maken over het leven in een van de meest beruchte gevangenissen van Venezuela. Wat een routineklus moest zijn, loopt niet zoals gepland. Terwijl we dachten alle militairen die de buitenpoort van de gevangenis bewaken omgekocht te hebben, zijn onze spullen – wat camera’s en andere apparatuur – alsnog afgenomen door een majoor. Na onderling overleg stuurde hij ons met de jonge soldaat het verlaten weggetje dat langs de gevangenis liep op.
De motor met de twee soldaten komt tot stilstand en de soldaat die ons begeleidt, praat met zijn collega’s. Na een paar schichtige blikken onze kant op wordt besloten dat we om moeten keren, om terug te lopen naar de poort van de gevangenis. Nooit zal duidelijk worden waarom we überhaupt deze kant op waren gestuurd.
Daarna ging het snel. Bij de poort kregen we onze spullen niet terug, maar mochten wel doorlopen. In mijn broekzak zat nog een telefoon die we konden gebruiken om foto’s te maken. We besloten toch zonder apparatuur naar binnen te gaan. Bij het binnenlopen van de gevangenis haalden we opgelucht adem, beiden met het gevoel dat dit weleens heel anders had kunnen aflopen. Vanaf hier komen we geen bewakers meer tegen, geen militairen en geen overheidsmedewerkers. Sterker nog: vanaf hier is het verboden gebied voor hen.
We lopen de wereld van Niño Guerrero binnen, een gevangene die deze gevangenis samen met zijn handlangers al jarenlang runt. De autoriteiten hebben jaren geleden de controle van de gevangenis al opgegeven en richten zich nu alleen nog op bewaking van de omheining van de gevangenis. In 2012 is Guerrero met een aantal handlangers ontsnapt, een jaar later was hij weer terug en sindsdien heeft hij geen dag stilgezeten om zijn imperium verder uit te bouwen. Héctor Guerrero Flores, aka Niño Guerrero (The Warrior Child), is een meedogenloze leider met twee gezichten. Waar hij enerzijds met een ijzersterke vuist de gevangenis en zijn criminele imperium draaiende houdt, staat hij anderzijds bekend als weldoener. Als een hedendaagse Robin Hood haalt hij families uit de armoede en deelt hij rolstoelen en medicijnen uit aan zij die het nodig hebben. The Warrior Child runt niet alleen de Tocoron-gevangenis; ook zijn voormalige wijk met 28.000 inwoners staat volledig onder het gezag van hem en zijn mannen. Als we onze fixer moeten geloven, gaat zijn macht veel verder.
Machtsgreep
Tocoron, gebouwd in 1982 voor 750 gevangen, huisvest er vandaag de dag ruim 7500. Al jaren heeft de overheid hier niets meer te zeggen. Sterker nog: bij de ingang die leidt naar het centrum van de inrichting staan twee bewapende gevangenen om bewakers buiten te houden. 3 jaar terug was deze beveiliging nog extremer, toen stonden er nog gevangen met mitrailleurs en kon je op iedere hoek van de straat een bewapende gevangene vinden. Onlangs heeft Niño besloten deze wapens op bezoekdagen te vervangen door messen. ‘Voor de beeldvorming,’ zo leer ik later.
De meeste van de kogelgaten zijn van een conflict dat een paar jaar geleden plaatsvond. In een vuurgevecht dat uren duurde, won Niño zijn macht terug
Het is niet de eerste keer dat Joris en ik hier zijn. Vorige week waren we er ook. Beiden gefascineerd door de ontwikkelingen binnen deze gevangenis, besloten we vandaag terug te gaan. De eerste keer dat ik in deze wonderlijke wereld kwam, was in 2014. Ik heb me er zelfs een paar dagen vrijwillig laten opsluiten om te begrijpen wat hier gaande is.
Als je door de poort van de gevangenis loopt, kom je op een hoofdweg die naar het centrum van de gevangenis loopt. Links ervan staan de twee panden die ooit de oorspronkelijke gevangenis vormden. Gevangenen zijn bezig met restauratiewerkzaamheden aan de flat, ze zijn ongeveer halverwege. Onder de nieuw aangebrachte buitenlaag zijn de kogelgaten nog goed zichtbaar. De meeste van deze kogelgaten zijn van een conflict dat een paar jaar geleden plaatsvond. Een gevangene was van mening dat niet één persoon de baas hoefde te zijn binnen de muren van Tocoron. Niño was het daar niet mee eens. In een vuurgevecht dat uren duurde, won Niño zijn macht terug. Tientallen mensen overleefden de machtsgreep niet. Het officiële dodental staat op zestien. Filmpjes gemaakt door gevangenen laten ons echter een veel hoger aantal doden zien.
Onderdanen
Direct na de ingang vinden we aan de hoofdstraat een plein met een basketbalveld. Een podium staat klaar en de boxen voor een optreden later op de dag worden klaargezet. Naast het pleintje ligt het net gerenoveerde zwembad met een speeltuintje voor de jongste bezoekers.
Als we even doorlopen op de hoofdstraat komen we in het centrum van de gevangenis. Waar er in Venezuela op dit moment een grote voedselcrisis is, lijkt deze hier niet te bestaan. Verschillende winkeltjes en restaurants bieden allerlei eten en benodigdheden aan. Hier hoeven de klanten, in tegenstelling tot de buitenwereld, niet eerst uren in de rij te staan voordat ze een aankoop kunnen doen.
Ook een zwembad ontbreekt niet in de Tocorongevangenis, waar het in economisch opzicht beter gaat dan buiten de poorten.
Terwijl de ontwikkelingen in Venezuela de afgelopen jaren door een tekort aan bouwmaterialen tot stilstand zijn gekomen, zijn de ontwikkelingen in Tocoron in sneltreinvaart doorgegaan. Zo zijn verschillende gebouwen die bij mijn bezoek 3 jaar geleden nog van triplex waren, nu van beton.
De kleine, autonome stad biedt tal van voorzieningen voor wie dat betalen kan. Zo kun je voor 100.000 bolivar per week (een maandloon) een televisieaansluiting krijgen. Bewoners van Tocoron betalen een toelage om in de gevangenis te mogen verblijven; kun je dat niet betalen, dan word je een onderdaan, herkenbaar aan een stropdas. Je moet dan werken voor Niño om je plek binnen de gevangenis te betalen. De onderdanen mogen alleen met toestemming rondlopen en verblijven in een afgesloten deel van de gevangenis. Onderdanen helpen bezoekers met het tillen van bagage, doen onderhoudswerkzaamheden en slepen grote emmers met water door de gevangenis. Dagelijks krijgen ze een door de overheid betaalde maaltijd. We zien ’s middags een lange rij magere mannen wachten wanneer het eten uit grote potten wordt uitgedeeld.
Banco de Tokio
Tocoron is opgebouwd in sectoren. Hoe dichter je bij het centrum zit, des te beter de voorzieningen. Zo heb je hutten met of zonder airco, en met of zonder tv. Als je het heel goed doet, kun je een winkeltje hebben aan de hoofdstraat, met een aangrenzende slaapkamer.
Er is een bank: de Banco de Tokio. Gevangenen die geld willen overmaken, kunnen dat laten doen naar een van de vele rekeningen van Niño’s handlangers. Na aftrek van 10 procent commissie kun je jouw geld ophalen. Geld lenen kan ook, tegen rentes tussen de 10 en 20 procent. Maar o wee als je te laat terugbetaalt.
Joris en ik hadden besloten dat het niet slim was met grote stapels geld de gevangenis binnen te lopen. Door de gigantische inflatie in Venezuela is 100 dollar vandaag de dag 430.000 bolivar waard (nu zelfs 600.000). Sinds kort zijn er nieuwe bankbiljetten tot en met een waarde van 20.000 bolivar, deze zijn echter nergens te krijgen. Het grootste biljet dat verkrijgbaar is, heeft een waarde van 100 bolivar. In plaats van ruim 4000 biljetten in een rugzak te stoppen, besloten we dollars mee te nemen. Zoals ons al verteld was, hadden we die in een mum van tijd tegen een goede koers omgewisseld binnen de muren van Tocoron.
Samen met onze fixers doen we een rondje door de gevangenis. Een van de fixers heeft hier vastgezeten en kent veel mensen binnen de muren. Met elke bocht die we maken, zie ik de verbazing van fotograaf Joris toenemen. Naast het zwembad, de speeltoestellen en de winkelstraat heeft Tocoron tal van andere voorzieningen. Zo zijn er barretjes en heeft Tocoron de bekendste disco van de regio: Disco Tokio. Beroemde artiesten uit binnen- en buitenland treden er op, en er is zelfs zendtijd ingekocht op de radio om een volgend feest aan te kondigen. Op dit moment wordt de disco gerenoveerd, naar wat ik begrijp wordt de net nieuwe marmeren vloer vervangen door een verlichte vloer.
Corrupte wapendeal
Even verder lopen we de dierentuin binnen. Terwijl de bewoners van de dierentuin van hoofdstad Caracas verhongeren, zien we hier het tegenovergestelde. Een ruim assortiment aan dieren, waaronder flamingo’s, apen en een panter leven in een goed onderhouden gebied aan de noordkant van de gevangenis. Voedsel is er in overvloed, dag en nacht houden gevangenen zich bezig met de verzorging van de dieren. In de dierentuin is een nieuwe arena gebouwd voor hanengevechten, en verderop staat een stal met wedstrijdpaarden.
In Tocoron breken ook geregeld hanengevechten uit.
Via de varkensstallen lopen we langs het honkbalveld naar een van de wijken van de gevangenis. Het is een komen en gaan van motoren, een vervoersmiddel dat alleen voor de handlangers van Niño Guerrero beschikbaar is. Kleine huisjes van triplex vormen hier een soort sloppenwijk. Dit is nog steeds het betere gedeelte van de gevangenis. Als we een van de huisjes binnengaan, komen we in een kleine ruimte met een tweepersoonsbed. Witte A4’tjes vormen het behang, het dak is netjes afgesloten met een systeemplafond. Het is koel, de airco staat aan, op televisie is een muziekprogramma te zien.
Met de aanwezige wapens en granaten kunnen Niño en zijn crew een kleine oorlog winnen
Terug in het centrum praten Joris en ik, onder het genot van een biertje, over wat we gezien hebben. ‘Ik voel me eigenlijk veiliger binnen de muren van de gevangenis dan erbuiten,’ zegt Joris. Het lijkt er zo in eerste aanblik inderdaad op dat de gigantische crisis die Venezuela op dit moment teistert, aan Tocoron voorbijgaat. De ontwikkelingen gaan in rap tempo door. Eten is er volop en alles functioneert. Je zou bijna vergeten dat je niet in een resort bent, maar in een van de beruchtste gevangenissen van het land. Jaarlijks vinden honderden mensen er de dood. Sterker nog: een dag na ons bezoek worden er drie lichamen bij de poort van de gevangenis gevonden. En een week later weer één.
Imperium
Om de orde te bewaken zijn de handlangers van Niño Guerrero bewapend met moderne, soms automatische wapens. Bij een corrupte wapendeal met de overheid in 2014 zijn er ruim 1400 wapens ingeleverd. Daarvoor zijn via de achterdeur minimaal evenveel modernere teruggekomen. Met de aanwezige wapens en granaten kunnen Niño en zijn crew een kleine oorlog winnen. Daarnaast heeft Niño een rechtbank in zijn gevangenis, waarvan hij de rechter is. Terwijl Venezuela de doodstraf niet kent, is dat in de rechtbank van The Warrior Child, wel anders. We krijgen van diverse gevangenen gruwelijke foto’s te zien van levenloze mensen, sommigen verminkt voordat ze vermoord werden.
Niño en zijn mannen wonen op veilige afstand aan de rand van de gevangenis. Zijn huis schijnt van alle gemakken voorzien te zijn en wordt 24/7 bewaakt. De omzet haalt Niño niet alleen uit de huurpenningen van de cellen, maar ook uit een provisie op de verkoop van de restaurantjes en bars, de gokomzetten, zijn bank, afpersingen, drugshandel en diefstal. Volgens officials heeft 90 procent van de criminaliteit in de regio een link met de gevangenis. Het gaat zelfs zo ver dat een slachtoffer van een carjacking enkele uren nadat zijn auto gestolen is, een belletje krijgt uit Tocoron met de hoogte van het losgeld om de auto terug te krijgen. Deze mag het slachtoffer dan komen afrekenen binnen de poorten van de gevangenis, waarna hij of zij de locatie van de auto én de sleutel terug krijgt. De prijs om je gestolen auto terug te krijgen ligt, afhankelijk van hoe nieuw die is, tussen de één en zeven maandlonen.
Het is moeilijk in te schatten hoeveel het imperium van Niño Geurerro waard is. Een grove berekening leert ons dat hij met de huidige koers met de huurpenningen alleen al rond de 200 miljoen bolivar binnenhaalt, ofwel bijna 2000 reguliere maandlonen. De huurpenningen zijn nog maar een topje van de ijsberg.
De groetjes van The Warrior Child
Na wat mensen gesproken te hebben en wat rondgelopen te hebben, besluiten we dat het een mooie tijd is om te gaan. Bij het naar buiten gaan wil de majoor die onze spullen heeft afgenomen deze niet teruggeven. Een smeekbede van onze fixer helpt niet. Zelfs geld bieden, iets wat aan de orde van de dag is in Venezuela, biedt geen uitkomst.
Een gevangenis met een dierentuin, in Tocoron kan alles.
Om toch te proberen onze camera’s en andere spullen terug te krijgen, proberen we buiten de poort in contact te komen met de Guardia National. Een belletje met gevangenen binnen Tocoron biedt na een paar uur uitkomst. ’s Avonds, wanneer we weer terug zijn in Maracay, komt het verlossende telefoontje: ‘Jullie spullen liggen niet meer bij de majoor maar in de gevangenis.’ De volgende morgen kunnen we het komen ophalen.
De volgende ochtend vroeg rijden we terug naar Tocoron. En zowaar, na een uur wachten komt een handlanger van Niño Guerrero de poort van de gevangenis uitgelopen met onze schoudertas. Alles zit er nog in. Wat dat ons kost? Niets, met de groetjes van The Warrior Child. ✖
FOTOGRAFIE JORIS VAN GENNIP EN MICHEL BALJET