Er zijn twee manieren waarop ik op dit moment kan terugkijken op mijn leven. Ik zou kunnen beginnen met ‘Dakloze ex-crimineel, zonder afgeronde opleiding zoekt werk’ of ‘Innovatieve prijswinnende ondernemer begint aan nieuw hoofdstuk’. Een wereld van verschil, maar beide treffend als het maar kan.
Het is koud buiten
Ik ben volgens mij al verkouden sinds de dag dat ik geland ben. Mijn moeder zegt altijd gekscherend: je bent verkouden geboren jongen. Ik geloof het zo. Ik ben volgens mij ook niet geboren voor deze temperaturen in Nederland, dat zei ik 10 jaar geleden en dat blijf ik herhalen. Toch blijft het koud wanneer ik richting de sociale dienst loop. Al heb ik veel spullen achtergelaten, de grote rugzak die ik bij me draag blijft zwaar. Eigenlijk moet ik van geluk spreken denk ik bijna hardop, het regent tenminste niet.
Inloopuur
Het is toevallig inloopspreekuur wanneer ik bij het werkplein van sociale zaken naar binnen loop. Je hebt geluk, zegt de zachtaardig uitziende dame bij de welkomstbalie. Ik loop gelijk even met je mee, volgens mij zit er niemand anders dus je kan gelijk geholpen worden. Dit is volgens mij de tweede keer in mijn leven dat ik de hulp van de sociale dienst nodig had, de eerste keer was in 2006 net na mijn gevangenisstraf, toen was contact met de sociale dienst van korte duur.
Ik ben hier omdat de dame bij het gemeenteloket me heeft doorverwezen; bij de gemeente was ik omdat de dame bij de maatschappelijke opvang me daar naartoe had doorverwezen; bij de maatschappelijke opvang was ik omdat de dame bij het loket van de daklozenopvang in Amsterdam me had afgewezen, en daar was ik omdat ik dakloos ben geworden en een plek zocht om te slapen. Het leven kan soms raar lopen.
Ik zou eigenlijk niet blijven
Ik was nu bij de sociale dienst voor een postadres, zonder postadres kon mijn burgerservicenummer niet worden gereactiveerd, zonder burgerservicenummer kon ik geen ziekenkostenverzekering aanvragen, arbeidscontract tekenen en ga zo maar door. Eigenlijk was het helemaal niet mijn plan om in Nederland te zijn. Het was eigenlijk de bedoeling maar twee weken in Nederland te blijven. Mijn grootouders waren 65 jaar getrouwd, ik was oom geworden en ik had mijn moeder al bijna drie jaar niet gezien. Na twee weken vakantie hier zou ik eigenlijk weer terugvliegen naar Zuid Amerika. Toch liep het anders.
Wie had dat verwacht
Dat heb ik weleens meer, dat dingen anders lopen dan dat ik eerst gedacht had, en veel dingen die gebeurd zijn in mijn verleden lijken zelfs voor mij surrealistisch. Kijkend naar mij als een jongetje op een jongenskoor had niemand kunnen voorspellen dat ik later vast zou zitten in een Texaanse gevangenis. En toen ik daar eenmaal vastzat, had niemand kunnen voorspellen dat ik jaren later ondernemer zou zijn en op de kieslijst zou staan tijdens de gemeenteraadsverkiezingen.
Door de zachtaardig uitziende dame van de balie van het werkplein werd ik de kamer ingeleid van een vrije medewerker. Een andere dame, ik schat haar midden 20, zat aan de andere kant van het bureau. In een tijdbestek van 45 minuten nemen we mijn leven door. Het valt me op dat we bij de negatieve dingen wat langer stil blijven staan dan bij de positieve zaken. Zo had mijn gevangenisstraf uit 2004 meer waarde dan alles wat ik daarna gedaan had. Hier, bij deze dame maakten de positieve dingen geen verschil. Ze wist dat ik die ochtend in de gemeente was aangekomen, dus sommige vragen begreep ik niet helemaal: wat heb je allemaal gedaan om aan werk te komen, is er niet een andere plek die als postadres kan dienen?
Misschien verwachte ze oprecht wel een antwoord als: natuurlijk mevrouw, ik heb honderd alternatieve postadressen. Ik vind de koffie van de sociale dienst alleen zo lekker dus daarom kom ik hier. Of op de eerste vraag wat ik had gedaan om werk te vinden voor ik bij de sociale dienst kwam had ik ook kunnen antwoorden: Nou gedurende de 400 meter van het gemeentehuis naar hier, u weet wel, de gemeente die me naar u doorverwees, heb ik 8 motivatie brieven opgesteld, 4 telefonische sollicitaties gehad en 2 afwijsbrieven. Ik heb de vragen maar naar beste eer en geweten beantwoord. Aan het eind van het gesprek liet ze me weten dat mijn intake 2 weken later zou zijn, in de ochtend om 11:00. Terwijl ik wegliep vroeg ik me af hoe de intake eruit zou zien, gezien dit het niet was.
Dat doe ik zelf wel
Vanaf vanavond kon ik naar de noodopvang, in ieder geval voor de aankomende vier dagen. Vanaf 21:00 tot de ochtend 8:00 had ik dan ieder geval een dak boven mijn hoofd. Waar moest ik beginnen? Het stomme was dat ik eigenlijk al twee maanden bezig was, maar alles werkte niet. Tot op heden had ik alleen maar afwijzingen en mijn logeeradres waar ik tot gisteren verbleef was eigenlijk maar bedoeld voor een paar dagen, er moest iets gebeuren.
Eigenlijk ben ik nergens echt goed in. Ik bedoel, eigenlijk ben ik nergens echt echt goed in. Ik heb me nooit geconcentreerd ergens de beste in te worden. Veel dingen kan ik gewoon redelijk. Het is denk ik die dingen combineren waar ik goed in ben. Ik zou best ergens echt heel goed in willen zijn, als in de beste in willen zijn. Maar wat?
Dit was niet de tweede keer sinds ik Nederland was dat ik bij de sociale dienst was geweest. bijna twee maanden eerder had ik al poging gedaan.
Paar maanden eerder bij het daklozenloket in Amsterdam
Na een paar uur wachten kwam het oordeel. Sorry meneer, zei de spontaan ijselijk uitziende dame bij loket van de daklozenopvang in Amsterdam. ‘U heeft geen binding met de stad, u heeft hier afgelopen twee jaar niet gewoond’. Het maakte niet uit dat gezien ik meer dan twee jaar buiten Nederland in geen enkele gemeente twee jaar niet had gewoond, dus nergens een binding had. Ze liet door haar kille, voor de rest emotieloze gelaatsuiting weten dat hiermee mijn probleem niet meer haar probleem was. Ik vroeg me af of ze voor deze functie toneelschool heeft gevolgd, of dat ze van nature zo kil was. Zou ze haar werk mee naar huis nemen, zou ze wel eens stilstaan bij de levens van de mensen aan de andere kant van de balie? Als ik me al niet waardeloos voelde deed ik het toen wel.
Een ding was zeker, het was ontmoedigend. Terwijl ik omdraaide om weg te lopen riep ze, volgens mij bewust met wat extra volume, ‘zelfs ALS ik wel wat voor je zou kunnen doen’ de wachtlijst voor begeleid wonen is momenteel een jaar, dus dan had je sowieso nog even geduld moeten hebben. Ik bedankte haar – soort van – voor haar inspanning en liep voorbij de nadrukkelijk aanwezige beveiligers de deuren uit van het daklozenloket. Op een of andere manier vond ik geruststelling in het beeld van de tientallen mensen voor me die ook de deur waren gewezen. ‘Jullie zijn schoften’, ‘de nazi’s waren minder erg’ waren eerdere complimenten die de ijselijk uitziende dame als feedback had ontvangen. Ik stond ook niet alleen, in 2013 telde Nederland naar schatting 25.000 daklozen, ruim de helft daarvan in mijn leeftijdscategorie.
De maanden erop probeerde ik het op mijzelf, solliciteren, woning zoeken, noem het maar op. Tot vandaag, Tot op dit punt.
De noodopvang
Het was net na negen uur dat ik aanbelde bij de nachtopvang welke van buitenaf eruit zag als een normale vrijstaande woning. Een meisje van midden twintig opende de deur die liet naar een woningkamer met waar ongeveer 10 andere lotgenoten zaten…
Wordt vervolgd.