Geplaatst op

Nieuwe Revu | De wereld van Niño Guerrero

Terwijl Venezuela op z’n gat ligt, gaat in de gevangenis het leven gewoon door. Journalist Michel Baljet en fotograaf Joris van Gennip worden bij de ingang opgewacht door twee bewapende gevangenen, bedoeld om bewakers buiten te houden. Welkom in Tocoron, een van de beruchtste gevangenissen van Venezuela.

Naast me loopt een jonge soldaat met een te grote mitrailleur om zijn schouder. Joris, de fotograaf die met mij naar Venezuela mee is gereisd, loopt rechts achter me, onze fixer links. We zijn al een paar honderd meter aan het lopen over een onverhard zandweggetje, dat voor ons gevoel nergens heen leidt, wanneer ik Joris wederom vraag extra waakzaam te zijn. Vanaf de andere kant komt een motor aangereden met nog twee soldaten.

Verboden gebied

Ruim een uur eerder zijn Joris en ik aangekomen bij Tocoron, om een verslag te maken over het leven in een van de meest beruchte gevangenissen van Venezuela. Wat een routineklus moest zijn, loopt niet zoals gepland. Terwijl we dachten alle militairen die de buitenpoort van de gevangenis bewaken omgekocht te hebben, zijn onze spullen – wat camera’s en andere apparatuur – alsnog afgenomen door een majoor. Na onderling overleg stuurde hij ons met de jonge soldaat het verlaten weggetje dat langs de gevangenis liep op.

De motor met de twee soldaten komt tot stilstand en de soldaat die ons begeleidt, praat met zijn collega’s. Na een paar schichtige blikken onze kant op wordt besloten dat we om moeten keren, om terug te lopen naar de poort van de gevangenis. Nooit zal duidelijk worden waarom we überhaupt deze kant op waren gestuurd.

Daarna ging het snel. Bij de poort kregen we onze spullen niet terug, maar mochten wel doorlopen. In mijn broekzak zat nog een telefoon die we konden gebruiken om foto’s te maken. We besloten toch zonder apparatuur naar binnen te gaan. Bij het binnenlopen van de gevangenis haalden we opgelucht adem, beiden met het gevoel dat dit weleens heel anders had kunnen aflopen. Vanaf hier komen we geen bewakers meer tegen, geen militairen en geen overheidsmedewerkers. Sterker nog: vanaf hier is het verboden gebied voor hen.

We lopen de wereld van Niño Guerrero binnen, een gevangene die deze gevangenis samen met zijn handlangers al jarenlang runt. De autoriteiten hebben jaren geleden de controle van de gevangenis al opgegeven en richten zich nu alleen nog op bewaking van de omheining van de gevangenis. In 2012 is Guerrero met een aantal handlangers ontsnapt, een jaar later was hij weer terug en sindsdien heeft hij geen dag stilgezeten om zijn imperium verder uit te bouwen. Héctor Guerrero Flores, aka Niño Guerrero (The Warrior Child), is een meedogenloze leider met twee gezichten. Waar hij enerzijds met een ijzersterke vuist de gevangenis en zijn criminele imperium draaiende houdt, staat hij anderzijds bekend als weldoener. Als een hedendaagse Robin Hood haalt hij families uit de armoede en deelt hij rolstoelen en medicijnen uit aan zij die het nodig hebben. The Warrior Child runt niet alleen de Tocoron-gevangenis; ook zijn voormalige wijk met 28.000 inwoners staat volledig onder het gezag van hem en zijn mannen. Als we onze fixer moeten geloven, gaat zijn macht veel verder.

Machtsgreep

Tocoron, gebouwd in 1982 voor 750 gevangen, huisvest er vandaag de dag ruim 7500. Al jaren heeft de overheid hier niets meer te zeggen. Sterker nog: bij de ingang die leidt naar het centrum van de inrichting staan twee bewapende gevangenen om bewakers buiten te houden. 3 jaar terug was deze beveiliging nog extremer, toen stonden er nog gevangen met mitrailleurs en kon je op iedere hoek van de straat een bewapende gevangene vinden. Onlangs heeft Niño besloten deze wapens op bezoekdagen te vervangen door messen. ‘Voor de beeldvorming,’ zo leer ik later.

De meeste van de kogelgaten zijn van een conflict dat een paar jaar geleden plaatsvond. In een vuurgevecht dat uren duurde, won Niño zijn macht terug

Het is niet de eerste keer dat Joris en ik hier zijn. Vorige week waren we er ook. Beiden gefascineerd door de ontwikkelingen binnen deze gevangenis, besloten we vandaag terug te gaan. De eerste keer dat ik in deze wonderlijke wereld kwam, was in 2014. Ik heb me er zelfs een paar dagen vrijwillig laten opsluiten om te begrijpen wat hier gaande is.

Als je door de poort van de gevangenis loopt, kom je op een hoofdweg die naar het centrum van de gevangenis loopt. Links ervan staan de twee panden die ooit de oorspronkelijke gevangenis vormden. Gevangenen zijn bezig met restauratiewerkzaamheden aan de flat, ze zijn ongeveer halverwege. Onder de nieuw aangebrachte buitenlaag zijn de kogelgaten nog goed zichtbaar. De meeste van deze kogelgaten zijn van een conflict dat een paar jaar geleden plaatsvond. Een gevangene was van mening dat niet één persoon de baas hoefde te zijn binnen de muren van Tocoron. Niño was het daar niet mee eens. In een vuurgevecht dat uren duurde, won Niño zijn macht terug. Tientallen mensen overleefden de machtsgreep niet. Het officiële dodental staat op zestien. Filmpjes gemaakt door gevangenen laten ons echter een veel hoger aantal doden zien.

Onderdanen

Direct na de ingang vinden we aan de hoofdstraat een plein met een basketbalveld. Een podium staat klaar en de boxen voor een optreden later op de dag worden klaargezet. Naast het pleintje ligt het net gerenoveerde zwembad met een speeltuintje voor de jongste bezoekers.

Als we even doorlopen op de hoofdstraat komen we in het centrum van de gevangenis. Waar er in Venezuela op dit moment een grote voedselcrisis is, lijkt deze hier niet te bestaan. Verschillende winkeltjes en restaurants bieden allerlei eten en benodigdheden aan. Hier hoeven de klanten, in tegenstelling tot de buitenwereld, niet eerst uren in de rij te staan voordat ze een aankoop kunnen doen.

Ook een zwembad ontbreekt niet in de Tocorongevangenis, waar het in economisch opzicht beter gaat dan buiten de poorten.

Terwijl de ontwikkelingen in Venezuela de afgelopen jaren door een tekort aan bouwmaterialen tot stilstand zijn gekomen, zijn de ontwikkelingen in Tocoron in sneltreinvaart doorgegaan. Zo zijn verschillende gebouwen die bij mijn bezoek 3 jaar geleden nog van triplex waren, nu van beton.

De kleine, autonome stad biedt tal van voorzieningen voor wie dat betalen kan. Zo kun je voor 100.000 bolivar per week (een maandloon) een televisieaansluiting krijgen. Bewoners van Tocoron betalen een toelage om in de gevangenis te mogen verblijven; kun je dat niet betalen, dan word je een onderdaan, herkenbaar aan een stropdas. Je moet dan werken voor Niño om je plek binnen de gevangenis te betalen. De onderdanen mogen alleen met toestemming rondlopen en verblijven in een afgesloten deel van de gevangenis. Onderdanen helpen bezoekers met het tillen van bagage, doen onderhoudswerkzaamheden en slepen grote emmers met water door de gevangenis. Dagelijks krijgen ze een door de overheid betaalde maaltijd. We zien ’s middags een lange rij magere mannen wachten wanneer het eten uit grote potten wordt uitgedeeld.

Banco de Tokio

Tocoron is opgebouwd in sectoren. Hoe dichter je bij het centrum zit, des te beter de voorzieningen. Zo heb je hutten met of zonder airco, en met of zonder tv. Als je het heel goed doet, kun je een winkeltje hebben aan de hoofdstraat, met een aangrenzende slaapkamer.

Er is een bank: de Banco de Tokio. Gevangenen die geld willen overmaken, kunnen dat laten doen naar een van de vele rekeningen van Niño’s handlangers. Na aftrek van 10 procent commissie kun je jouw geld ophalen. Geld lenen kan ook, tegen rentes tussen de 10 en 20 procent. Maar o wee als je te laat terugbetaalt.

Joris en ik hadden besloten dat het niet slim was met grote stapels geld de gevangenis binnen te lopen. Door de gigantische inflatie in Venezuela is 100 dollar vandaag de dag 430.000 bolivar waard (nu zelfs 600.000). Sinds kort zijn er nieuwe bankbiljetten tot en met een waarde van 20.000 bolivar, deze zijn echter nergens te krijgen. Het grootste biljet dat verkrijgbaar is, heeft een waarde van 100 bolivar. In plaats van ruim 4000 biljetten in een rugzak te stoppen, besloten we dollars mee te nemen. Zoals ons al verteld was, hadden we die in een mum van tijd tegen een goede koers omgewisseld binnen de muren van Tocoron.

Samen met onze fixers doen we een rondje door de gevangenis. Een van de fixers heeft hier vastgezeten en kent veel mensen binnen de muren. Met elke bocht die we maken, zie ik de verbazing van fotograaf Joris toenemen. Naast het zwembad, de speeltoestellen en de winkelstraat heeft Tocoron tal van andere voorzieningen. Zo zijn er barretjes en heeft Tocoron de bekendste disco van de regio: Disco Tokio. Beroemde artiesten uit binnen- en buitenland treden er op, en er is zelfs zendtijd ingekocht op de radio om een volgend feest aan te kondigen. Op dit moment wordt de disco gerenoveerd, naar wat ik begrijp wordt de net nieuwe marmeren vloer vervangen door een verlichte vloer.

Corrupte wapendeal

Even verder lopen we de dierentuin binnen. Terwijl de bewoners van de dierentuin van hoofdstad Caracas verhongeren, zien we hier het tegenovergestelde. Een ruim assortiment aan dieren, waaronder flamingo’s, apen en een panter leven in een goed onderhouden gebied aan de noordkant van de gevangenis. Voedsel is er in overvloed, dag en nacht houden gevangenen zich bezig met de verzorging van de dieren. In de dierentuin is een nieuwe arena gebouwd voor hanengevechten, en verderop staat een stal met wedstrijdpaarden.

In Tocoron breken ook geregeld hanengevechten uit.

Via de varkensstallen lopen we langs het honkbalveld naar een van de wijken van de gevangenis. Het is een komen en gaan van motoren, een vervoersmiddel dat alleen voor de handlangers van Niño Guerrero beschikbaar is. Kleine huisjes van triplex vormen hier een soort sloppenwijk. Dit is nog steeds het betere gedeelte van de gevangenis. Als we een van de huisjes binnengaan, komen we in een kleine ruimte met een tweepersoonsbed. Witte A4’tjes vormen het behang, het dak is netjes afgesloten met een systeemplafond. Het is koel, de airco staat aan, op televisie is een muziekprogramma te zien.

Met de ­aanwezige wapens en granaten kunnen Niño en zijn crew een kleine oorlog ­winnen

Terug in het centrum praten Joris en ik, onder het genot van een biertje, over wat we gezien hebben. ‘Ik voel me eigenlijk veiliger binnen de muren van de gevangenis dan erbuiten,’ zegt Joris. Het lijkt er zo in eerste aanblik inderdaad op dat de gigantische crisis die Venezuela op dit moment teistert, aan Tocoron voorbijgaat. De ontwikkelingen gaan in rap tempo door. Eten is er volop en alles functioneert. Je zou bijna vergeten dat je niet in een resort bent, maar in een van de beruchtste gevangenissen van het land. Jaarlijks vinden honderden mensen er de dood. Sterker nog: een dag na ons bezoek worden er drie lichamen bij de poort van de gevangenis gevonden. En een week later weer één.

Imperium

Om de orde te bewaken zijn de handlangers van Niño Guerrero bewapend met moderne, soms automatische wapens. Bij een corrupte wapendeal met de overheid in 2014 zijn er ruim 1400 wapens ingeleverd. Daarvoor zijn via de achterdeur minimaal evenveel modernere teruggekomen. Met de aanwezige wapens en granaten kunnen Niño en zijn crew een kleine oorlog winnen. Daarnaast heeft Niño een rechtbank in zijn gevangenis, waarvan hij de rechter is. Terwijl Venezuela de doodstraf niet kent, is dat in de rechtbank van The Warrior Child, wel anders. We krijgen van diverse gevangenen gruwelijke foto’s te zien van levenloze mensen, sommigen verminkt voordat ze vermoord werden.

Niño en zijn mannen wonen op veilige afstand aan de rand van de gevangenis. Zijn huis schijnt van alle gemakken voorzien te zijn en wordt 24/7 bewaakt. De omzet haalt Niño niet alleen uit de huurpenningen van de cellen, maar ook uit een provisie op de verkoop van de restaurantjes en bars, de gokomzetten, zijn bank, afpersingen, drugshandel en diefstal. Volgens officials heeft 90 procent van de criminaliteit in de regio een link met de gevangenis. Het gaat zelfs zo ver dat een slachtoffer van een carjacking enkele uren nadat zijn auto gestolen is, een belletje krijgt uit Tocoron met de hoogte van het losgeld om de auto terug te krijgen. Deze mag het slachtoffer dan komen afrekenen binnen de poorten van de gevangenis, waarna hij of zij de locatie van de auto én de sleutel terug krijgt. De prijs om je gestolen auto terug te krijgen ligt, afhankelijk van hoe nieuw die is, tussen de één en zeven maandlonen.

Het is moeilijk in te schatten hoeveel het imperium van Niño Geurerro waard is. Een grove berekening leert ons dat hij met de huidige koers met de huurpenningen alleen al rond de 200 miljoen bolivar binnenhaalt, ofwel bijna 2000 reguliere maandlonen. De huurpenningen zijn nog maar een topje van de ijsberg.

De groetjes van The Warrior Child

Na wat mensen gesproken te hebben en wat rondgelopen te hebben, besluiten we dat het een mooie tijd is om te gaan. Bij het naar buiten gaan wil de majoor die onze spullen heeft afgenomen deze niet teruggeven. Een smeekbede van onze fixer helpt niet. Zelfs geld bieden, iets wat aan de orde van de dag is in Venezuela, biedt geen uitkomst.

Een gevangenis met een dierentuin, in Tocoron kan alles.

​​​​​​​Om toch te proberen onze camera’s en andere spullen terug te krijgen, proberen we buiten de poort in contact te komen met de Guardia National. Een belletje met gevangenen binnen Tocoron biedt na een paar uur uitkomst. ’s Avonds, wanneer we weer terug zijn in Maracay, komt het verlossende telefoontje: ‘Jullie spullen liggen niet meer bij de majoor maar in de gevangenis.’ De volgende morgen kunnen we het komen ophalen.

De volgende ochtend vroeg rijden we terug naar Tocoron. En zowaar, na een uur wachten komt een handlanger van Niño Guerrero de poort van de gevangenis uitgelopen met onze schoudertas. Alles zit er nog in. Wat dat ons kost? Niets, met de groetjes van The Warrior Child. ✖

 

FOTOGRAFIE JORIS VAN GENNIP EN MICHEL BALJET

Geplaatst op 1 reactie

Vrijwillig opgesloten in Tocoron, de beruchtste gevangenis van Venezuela

Tocoron is de beruchtste gevangenis van Venezuela. Er vallen honderden doden per jaar en werkelijk alles is er te krijgen. Wapens, cocktails en zelfs een krokodil zijn binnen de muren te vinden. Ik liet me er vrijwillig opsluiten.

Normaal gesproken is de toegangsweg naar de gevangenis die uitkijkt op een open veld verlaten. Deze ochtend echter, als ik om 7 uur met mijn motor kom aanrijden, is de weg omgebouwd tot een ware boulevard. Ik parkeer bij een soort van beveiligde stalling die voor de dag opgebouwd is en laat mijn helm, telefoon en andere bezittingen achter bij dezelfde mensen.

Het is nog vroeg en de poort van de Tocoron gevangenis zal voor zeker nog een uur niet open gaan. Ik en mijn fixer besluiten koffie te gaan drinken bij één van de tijdelijk opgebouwde restaurantjes.

7500 gevangenen

Mijn fixer is een Venezolaanse jongen van rond mijn leeftijd. Hij heeft ‘binnen’ sinds een jaar een familielid vastzitten, die is veroordeeld voor een gewapende overval. Straks zal hij mijn gids zijn, als ik mezelf binnen de muren van Tocoron zal laten opsluiten.

Tocoron is berucht. Honderden mensen per jaar overlijden er door geweld. Oorspronkelijk werd de gevangenis gebouwd voor 900 gevangen, maar tegenwoordig zitten er ruim 7500 gevangenen, verdeeld over verschillende gebieden.

Om urenlange rijen en controle op contraband te voorkomen besluiten we de Guardia Nacional (die de buitenkant van de gevangenis bewaakt) om te kopen. Al snel staan we, na het afgeven van onze identiteitsbewijs, zonder controle binnen. Dit zal de laatste keer zijn dat ik vandaag een bewaker zie, want vanaf dit punt zijn bewakers en autoriteiten niet meer welkom. Ze zullen zelfs worden neergeschoten als ze wel proberen binnen te komen.

El Niño Guerrero

Tocoron wordt geleid door gevangen met aan de leiding El Niño Guerrero, oftewel ‘de Pran’. De gevreesde leider houdt de afgelopen jaren de touwtjes binnen de muren van zijn stad strak. Hij wordt gerespecteerd en door velen zelfs als een icoon gezien.

El Niño Guerrero en de Pran zijn bijnamen van Héctor Gabriel Guerrero Flores. Op 30 augustus 2012 ontsnapt hij samen met 14 van zijn handlangers uit Tocoron. Later werd hij weer gearresteerd. Omdat hij een vals identiteitsbewijs gebruikte tijdens zijn arrestatie duurde het echter drie weken voordat de autoriteiten er achter kwamen dat ze de meest gezochte crimineel van het land al vast hadden zitten. Bij terugkomst in Tocoron werd hij door zijn iconische status met open armen ontvangen.

Als ik na het Guardia checkpoint naar binnen loop kom ik op een soort boulevard terecht. Ik kom voorbij een plein met live muziek en een DJ, een zwembad in aanbouw en diverse restaurantjes, winkels, barretjes en een tandarts. Voor mij wordt door een elektrabedrijf, bestaande uit gevangenen, gewerkt aan een elektrapaal.

Niets in de gevangenis gebeurt tegen de wil van El Niño Guerrero. Mocht ik iets stoms uithalen, dan is dat daarom een probleem voor mijn contactpersoon binnen de muren. Ik word dan ook scherp in de gaten gehouden en foto’s worden voor mij gemaakt.

Pistolen en mitrailleurs

Alles wat je kunt bedenken is binnen de muren te krijgen. Van levensmiddelen tot elektronica en van drugs tot wapens. Laatstgenoemden worden binnen de muren van Tocoron, van kleine pistolen tot grote mitrailleurs, openlijk gedragen. Zo nu en dan zie je de Pran of zijn broer voorbij rijden op de exclusief voor hen geïmporteerde motoren.

Tocoron wordt gezien als een van de gewelddadigste gevangenissen in Venezuela en misschien wel van het continent. Al snel blijkt dan ook dat de claim van de Venezolaanse regering dat alle gevangenissen van het land ontwapend zijn, niet klopt. Officiële cijfers van het aantal doden per jaar zijn niet bekend, maar in 2012 zouden dit er volgens uitgelekte cijfers een ruime 600 zijn.

Krokodil

El Niño Guerrero houdt van dieren, dus als we verder het terrein van de gevangenis binnenlopen, komen we voorbij een dierentuin met tientallen soorten beesten in kooien –inclusief een krokodil – en een paardenren met een zestal volwassen en twee jongere paarden. Mijn contactpersoon houdt van paarden dus we blijven er even rondhangen.

Sloppenwijk

De gevangenis bestaat uit verschillende delen. Je hebt de flats in het begin van het terrein, dan een gigantische sloppenwijk en uiteindelijk een tentenkamp. Je status binnen de muren bepaalt waar je terechtkomt. Het tenten kamp is eigenlijk een kleine gevangenis binnen de gevangenis; er staat zelfs een hek om heen.

Mijn contactpersoon woont in de sloppenwijk, wat zijn naam eigenlijk geen eer aan doet want het is één van de betere plekken om te wonen. Honderden met triplex en golfplaten bedekte bouwsels vormen straten en wijken. De dunne houten opbergboxen waar nieuwe Bera-motoren in vervoerd worden vormen 80% van de bouwmaterialen.

Drie bij drie

Terwijl we door de straatjes lopen worden we scherp in de gaten gehouden door de bewapende jongens in de controleposten. Het ‘huisje’ van mijn contactpersoon is ongeveer drie bij drie meter en word gedeeld met een ander. Naast een bed en een kledingrek heeft hij de luxe van een kleine airconditioning en een tv’tje. In de hoek van de kamer staat een emmer die dient als toilet, de boel is vochtig en het wemelt er van ongedierte. Dit wordt mijn kamer de komende avonden.

De boel is vochtig en het wemelt er van ongedierte

We lopen nog wat rond en mijn contactpersoon stelt me voor aan wat mensen, laat mij hun honkbalveld zien en we eten wat bij één van de tientallen primitieve restaurantjes. Wat mij opvalt is dat zelfs dingen die buiten deze muren door de crisis in Venezuela nauwelijks meer te krijgen zijn, zoals shampoo, olie en brood, hier in overvloed verkocht worden.

Discotheek Tokio

Later die avond spreken we af met wat mensen die ik eerder die dag ontmoet heb. We ontmoeten elkaar in de discotheek van Tocoron, genaamd ‘Tokio’. Onder het genot van wat cocktails praten we over hun leven binnen de muren. Sommigen zitten hier al jaren, andere zitten er net. Achter ons draait de DJ muziek en als je hier zo binnen staat is deze disco niet te onderscheiden van een disco buiten de muren.

Als we gaan slapen deel ik mijn bed met een ander terwijl nog twee gevangenen op de grond naast me liggen. Voor ik in slaap val hoor ik dichtbij nog wat pistoolschoten. Ik vraag me wat er nou weer gebeurd is.

Banco Nacional de Tokio

‘s Ochtends besluit er voor de anderen uit te gaan. In het steegje ga ik tussen de modder op een klein plastic stoeltje zitten. Ik kijk om heen en denk aan hoe gevaarlijk het hier wel niet is. Wat als er ooit brand uitbreekt en wat als je echt ziek mocht worden?.

Rond een uur of zeven wandelen we weer verder. Tijdens het ontbijt vertelt mijn contactpersoon over de tandarts, de gevangenisbank ‘Banco Nacional de Tokio’ en de andere bedrijfjes die er in de loop der jaren op het terrein ontstaan zijn. Tocoron is binnen de muren een op zichzelf draaiende stad inclusief vuilnisophaaldiensten, een verbouwingsbedrijf en een bedrijf voor elektrisch onderhoud.

Het huis van de broer

Vlakbij de entree van het terrein staan twee grote flatgebouwen. In de muren van deze gebouwen zitten honderden maar dan ook honderden kogelgaten, op de gebouwen staan gewapende gevangenen de wacht te houden. De meeste kogelgaten zijn ontstaan nadat er een paar jaar geleden een strijd ontstond tussen El Niño Guerrero en een rivaal die van mening was dat de macht verdeeld moest worden. In een acht uur durende strijd met pistolen, machinegeweren en granaten is die rivaal toen uitgeschakeld.

Vandaag de dag is de flat het huis van de broer van El Niño Guerrero. Als ik de flat binnen loop begint het te voelen als een gevangenis. Het is donker, kil, en de hekken maken het echt. We worden beneden aandachtig bekeken door de twee gevangenen met een machinegeweer die het eerste checkpoint vormen. Hoe meer trappen we op lopen hoe groter de controle wordt. De broer woont op de bovenste verdieping in een soort van door cellen samengevoegde meerkamerappartement.  Het is niet de mooiste plek om te zitten in Tocoron, maar hij zit er dan ook voor het statement: ‘Er is er maar één de baas.’

Pretpark

Ik ben uitgenodigd voor een barbecue, en we lopen via de boulevard richting de andere kant van Tocoron. De boulevard lijkt ondertussen meer op een pretpark. Gevangenen verkleed als nar, soms op stelten, lopen rond en er worden ballonnen en andere zaken verkocht aan bezoekers. Achter ons is een tandartsenpost, en voor ons wordt door het gevangenen beheerde elektrabedrijf gewerkt aan de bekabeling. Op een poster van de ‘Banco Nacional de Tocoron’ wordt uitgelegd hoe gevangen geld kunnen overmaken van buiten de gevangenis.

Tijdens de barbecue praat ik met de vader van El Niño Guerrero en zijn zoons. Hij is trots op hen. Binnen de muren oogsten ze respect en ze hebben duidelijk de macht in handen. Eten en alcohol is er in overvloed, er wordt vooral veel gelachen, de zaken gaan goed voor El Niño.

Twee dagen na mijn bezoek lees ik in de krant dat er weer iemand is vermoord in Tocoron. Twee weken later wordt de broer van El Niño vrijgelaten.